Uitvoeringswet Nederlands-Duits Grensverdrag
Artikel 24
Geldend
Geldend vanaf 01-01-1994
- Bronpublicatie:
16-12-1993, Stb. 1993, 650 (uitgifte: 01-01-1993, kamerstukken: Staten-Generaal Digitaal: 22495 Overheid.nl: 22495)
- Inwerkingtreding
01-01-1994
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
23-12-1993, Stb. 1993, 693 (uitgifte: 01-01-1993, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Overige regelgevende instantie(s)
Ministerie van Verkeer en Waterstaat
Ministerie van Financiën
Ministerie van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij
Ministerie van Justitie
- Vakgebied(en)
Internationaal publiekrecht / Verdragenrecht
Staatsrecht / Bijzondere onderwerpen
1.
In de ten laste van openbare lichamen komende kosten voor het tot stand brengen van maatregelen, welke ter uitvoering van het Grensverdrag worden genomen, zal uit 's Rijks kas een redelijke tegemoetkoming worden verleend, voorzover in die kosten niet op andere wijze wordt voorzien.
2.
Deze tegemoetkoming heeft alleen betrekking op hetgeen die kosten meer bedragen, dan hetgeen vóór het in werking treden van het Grensverdrag voor de uitoefening der desbetreffende waterstaatstaak werd vereist, en alsdan — uit welke hoofde ook — ten laste van die openbare lichamen zou zijn gekomen. Een beslissing omtrent deze tegemoetkoming wordt genomen door Onze Minister van Verkeer en Waterstaat na ingewonnen advies van Gedeputeerde Staten.
3.
Indien de uitvoering van werken, door Ons op advies der Permanente Grenswaterencommissie nodig geacht, niet binnen bekwame termijn geschiedt door hem, die met de zorg voor het betrokken grenswater belast is, geschiedt deze uitvoering door het Rijk. De aanlegkosten komen, voor zover zij niet mochten worden gedekt door een tegemoetkoming, als bedoeld in de leden 1 en 2 van dit artikel, ten laste van de beheerder. Het onderhoud dezer werken komt alsdan ten laste van de beheerders dier werken dan wel van de openbare lichamen, welke alsnog als beheerders daarvan zullen worden aangewezen.