Einde inhoudsopgave
Internationale Gezondheidsregeling (2005)
Artikel 12 Vaststelling van een noodsituatie op het gebied van de volksgezondheid van internationaal belang
Geldend
Geldend vanaf 15-06-2007
- Bronpublicatie:
23-05-2005, Trb. 2007, 34 (uitgifte: 19-02-2007, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
15-06-2007
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
04-04-2006, Trb. 2006, 73 (uitgifte: 04-04-2006, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Gezondheidsrecht / Algemeen
Gezondheidsrecht / Bijzondere onderwerpen
Internationaal publiekrecht / Diplomatiek en consulair recht
1.
De Directeur-Generaal bepaalt, op basis van de ontvangen informatie, in het bijzonder van de Staat die Partij is op wiens grondgebied de gebeurtenis zich voordoet, of een gebeurtenis een noodsituatie op het gebied van de volksgezondheid van internationaal belang vormt in overeenstemming met de criteria en procedure vervat in deze Regeling.
2.
Indien de Directeur-Generaal, op basis van een beoordeling ingevolge deze Regeling, van oordeel is dat er sprake is van een noodsituatie op het gebied van de volksgezondheid van internationaal belang, pleegt de Directeur-Generaal met de Staat die Partij is op wiens grondgebied de gebeurtenis zich voordoet overleg over deze voorlopige vaststelling. Indien de Directeur-Generaal en de Staat die Partij is het eens zijn over deze vaststelling, vraagt de Directeur-Generaal, in overeenstemming met de procedure vervat in artikel 49, om het standpunt van de ingevolge artikel 48 ingestelde Commissie (hierna de ‘Commissie voor noodsituaties’) ter zake van passende tijdelijke aanbevelingen.
3.
Indien na het in het tweede lid van dit artikel bedoelde overleg de Directeur-Generaal en de Staat die Partij is op wiens grondgebied de noodsituatie zich voordoet binnen 48 uur geen overeenstemming bereiken over de vraag of de gebeurtenis een noodsituatie op het gebied van de volksgezondheid van internationaal belang vormt, wordt een beslissing genomen in overeenstemming met de in artikel 49 vervatte procedure.
4.
Bij de vaststelling of een gebeurtenis een noodsituatie op het gebied van de volksgezondheid van internationaal belang vormt, neemt de Directeur-Generaal het onderstaande in overweging:
- a.
door de Staat die Partij is verstrekte informatie;
- b.
het in Bijlage 2 vervatte beslissingsinstrument;
- c.
het advies van de Commissie voor noodsituaties;
- d.
wetenschappelijke beginselen alsmede beschikbaar wetenschappelijk bewijsmateriaal en overige relevante informatie; en
- e.
een beoordeling van het risico voor de menselijke gezondheid, het risico van internationale verspreiding van ziekte en het risico van belemmering van de internationale handel.
5.
Indien de Directeur-Generaal, na overleg met de Staat die Partij is op wiens grondgebied de noodsituatie op het gebied van de volksgezondheid van internationaal belang zich heeft voorgedaan, van oordeel is dat voornoemde noodsituatie voorbij is, neemt de Directeur-Generaal een beslissing in overeenstemming met de in artikel 49 vervatte procedure.