HR, 22-03-1989, nr. 23 982

Documentgegevens:

HR 22-03-1989, ECLI:NL:HR:1989:ZC4007

Instantie: Hoge Raad
Datum: 22 maart 1989
Magistraten: Royer; Jansen; Linde, Van Der; Baardman; Bellaart; Verburg
Zaaknummer: 23 982
LJN: ZC4007
Vakgebied(en): Onbekend (V)
Inkomstenbelasting / Algemeen
Vennootschapsbelasting / Algemeen
Brondocumenten: ECLI:NL:HR:1989:ZC4007, Uitspraak, Hoge Raad, 22‑03‑1989
Wetingang: Art. 61a Wet IB 1964, art. 23c Wet Vpb 1969

Uitspraak

Belanghebbende, X BV, investeert in 1980 in de bouw van een sportcentrum met o.a. een tennishal en acht buitenbanen. De inspecteur weigert een investeringsbijdrage voor de buitenbanen omdat ze ter beschikking worden gesteld aan een niet-belastingplichtige tennisvereniging. X BV, die stelt dat de buitenbanen in technisch en functioneel-economisch opzicht een eenheid vormen met het sportcentrum als geheel, claimt investeringsbijdragen als 'gebouw' subs. als 'overig bedrijfsmiddel'. Het Hof ('s-Hertogenbosch) stelt de inspecteur in het gelijk.

Op het beroep in cassatie van X BV overweegt de Hoge Raad: 's Hofs overweging dat de buitenbanen - die naar spraakgebruik geen gebouw ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.