Inhoudsopgave
ArbeidsRecht 2004/22:Dwaling bij de totstandkoming van de beëindigingsovereenkomst
ArbeidsRecht 2004/22
Dwaling bij de totstandkoming van de beëindigingsovereenkomst
Documentgegevens:
Mevr. mr. Y.H. Dissel , datum 01-04-2004
- Datum
01-04-2004
- Auteur
Mevr. mr. Y.H. Dissel *
- JCDI
JCDI:ADS157:3
- Vakgebied(en)
Arbeidsrecht (V)
Arbeidsrecht / Arbeidsovereenkomstenrecht
- Wetingang
art. 6:228 BW; art. 7:611 BW; art. 7:900 BW
Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
In zijn arrest Marks/Albert Schweitzer Ziekenhuis van 19 september 2003 ( JAR 2003/244) heeft de Hoge Raad zich uitgelaten over de vereisten voor vernietigbaarheid van de beëindigingsovereenkomst wegens dwaling. In deze bijdrage zal de uitspraak van de Hoge Raad worden besproken in het licht van de mogelijkheid van een beroep op art. 6:228 BW bij de in de arbeidsrechtpraktijk gebruikte beëindigingsovereenkomst.
Dwaling
Dat wilsgebreken uit het algemene vermogens- en verbintenissenrecht ook gelden voor de arbeidsovereenkomst is al veelvuldig besproken. 1 In dit artikel staat het wilsgebrek dwaling centraal. Van oneigenlijke ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.