V-N 2005/5.8
INKOMSTENBELASTING Pachtrecht. Pachtersvoordeel. Ondernemingsvermogen. Privé-vermogen
HR 24-12-2004, ECLI:NL:HR:2004:AR8181, m.nt. Redactie Vakstudie Nieuws
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
24 december 2004
- Magistraten
Putt-Lauwers, van der; Vliet, van; Lourens; Bavinck; Berge, van den
- Zaaknummer
39753
- Noot
Redactie Vakstudie Nieuws
- LJN
AR8181
- JCDI
JCDI:ADS904313:1
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Inkomstenbelasting / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2004:AR8181, Uitspraak, Hoge Raad, 24‑12‑2004
- Wetingang
Art. 7 Wet IB 1964
Essentie
INKOMSTENBELASTING Pachtrecht. Pachtersvoordeel. Ondernemingsvermogen. Privé-vermogen
Samenvatting
Belanghebbende, X, drijft een landbouwonderneming. Tot 1997 deed hij dat op een door hem gepachte onroerende zaak, bestaande uit akkers, een woning met achterhuis en bedrijfsopstallen. In 1997 heeft X deze zaak in eigendom verworven. Na deze aankoop rekende X de akkers en bedrijfsgebouwen tot zijn ondernemingsvermogen, en het woongedeelte met achterhuis en ondergrond tot zijn privé-vermogen. De inspecteur vindt dat tot de winst van X over 1997 een pachtersvoordeel moet worden gerekend ter zake van het woonhuis. X is het er niet mee eens.
Hof Amsterdam sluit zich aan bij de ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.