FED 2002/656
HR, 01-11-2002, nr. 37738
HR 01-11-2002, ECLI:NL:HR:2002:AE9619
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
1 november 2002
- Zaaknummer
37738
- LJN
AE9619
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Inkomstenbelasting (V)
Fiscaal bestuursrecht (V)
Fiscaal procesrecht / Algemeen
Belastingrecht algemeen / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2002:AE9619, Uitspraak, Hoge Raad, 01‑11‑2002
- Wetingang
Art. 8:77 Awb
Samenvatting
Geen sprake van onrechtmatig verkregen bewijs. Verzoek tot huiszoeking gedaan om bewijsmateriaal te verzamelen.
Uitspraak
Belanghebbende, X, dreef tot 1 januari 1993 een eenmans-advocatenpraktijk. Tot zijn cliënten behoorden A en haar zoon B, voor wie X procedures tegen Bank C voerde. Het hof heeft Bank C veroordeeld tot betaling van in totaal f 800 000. Eind november 1992 is dit bedrag door Bank C gestort op de derdenrekening van X bij Bank D. Op 1 december 1992 hebben X en B aldaar dit bedrag in contanten opgenomen. Vervolgens zijn X en B naar de woning van X in S ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.