WFR 2002/1128:Fiscale consequenties van het wetsvoorstel rechtspersoonlijkheid personenvennootschappen

WFR 2002/1128

Fiscale consequenties van het wetsvoorstel rechtspersoonlijkheid personenvennootschappen

Documentgegevens:

Mr. J.A. Booij , datum 01-01-2002

Datum: 01-01-2002
Auteur: Mr. J.A. Booij 1
JCDI: JCDI:ADS654022:1
Vakgebied(en): Onbekend (V)
Fiscale wetsvoorstellen (V)
Wetingang: Boek 7 titel 13 BW; art. 3.4 Wet IB 2001; art. 3.3 Wet IB 2001; art. 2 Wet VPB 1969; art. 4 WBR; art. 32 WBR; art. 33 Invorderingswet 1990; art. 36 Invorderingswet 1990; AWR

De invoering van de mogelijkheid om personenvennootschappen rechtspersoonlijkheid te doen verkrijgen, zal de fiscale wetgever dwingen tot aanpassing van vele heffingswetten, van de Algemene Wet inzake Rijksbelastingen en van de Invorderingswet 1990. Daarnaast zal deze ontwikkeling de fiscale wetgever dwingen tot een fundamentele afweging betreffende de rechtsgrondslag van de vennootschapsbelasting en de relatie van de vennootschapsbelasting met de inkomstenbelasting. Dit raakt de kern van ons huidige klassieke stelsel.

1. Inleiding

Op 6 juli 2001 heeft op voorstel van de minister van Justitie de ministerraad ingestemd met wijziging van het Burgerlijk Wetboek (invoering Boek 7, titel 13, NBW). 2 ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.