FED 2000/121
Aanmerkelijk belang. Economisch belang bij aandelen. Bijzonder tarief.
HR 23-02-2000, ECLI:NL:HR:2000:AA4920
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
23 februari 2000
- Zaaknummer
35 219
- LJN
AA4920
- Vakgebied(en)
Fiscaal procesrecht (V)
Belastingrecht algemeen / Algemeen
Inkomstenbelasting / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2000:AA4920, Uitspraak, Hoge Raad, 23‑02‑2000
- Wetingang
Essentie
Aanmerkelijk belang. Economisch belang bij aandelen. Bijzonder tarief.
Uitspraak
In geschil is voor de toepassing van art. 39 Wet IB 1964 of belanghebbende, X, de aandelen H BV voor rekening en risico van zijn zoon hield, danwel of het belang bij die aandelen tot 31 december 1991 alleen X aanging.
Op het beroep in cassatie van X overweegt de Hoge Raad: Het hof heeft geoordeeld dat een redelijke verdeling van de bewijslast meebrengt dat X, die stelt dat voor de toepassing van art. 39 Wet IB 1964 niet hij maar zijn zoon als aandeelhouder moet worden beschouwd, het ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.