BNB 1988/72
HR, 30-09-1987, nr. 23 295
HR 30-09-1987, ECLI:NL:PHR:1987:AW7586, m.nt. J. Brunt
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
30 september 1987
- Magistraten
Royer; Jansen; Linde, Van Der; Baardman; Bellaart
- Zaaknummer
23 295
- Noot
J. Brunt
- LJN
AW7586
- JCDI
JCDI:ADS886525:1
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Fiscaal ondernemingsrecht (V)
Loonbelasting / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1987:AW7586, Uitspraak, Hoge Raad, 30‑09‑1987
ECLI:NL:PHR:1987:AW7586, Conclusie, Hoge Raad (Parket), 30‑09‑1987
- Wetingang
(Art. 3, lid 1 letters a en b, LB '64)
Samenvatting
Fictieve dienstbetrekking? Bewijslast m.b.t. bedrijfsuitoefening van aannemer. Persoonlijk meewerken van aannemer. Verhouding aannemer en degenen die hem bijstaan
Belangh., een BV, oefent het scheepsreparatiebedrijf uit. In dit kader sloot zij overeenkomsten tot aanneming van werk af met A die zich bij de uitvoering daarvan door een aantal anderen deed bijstaan. De Insp. stelde o.m. dat zowel A als diens helpers tot belangh. in een fictieve dienstbetrekking stonden.
HR: de stelling dat art. 3, eerste lid, aanhef en letter a, LB '64 een zwaardere eis stelt dan dat de aannemer persoonlijk heeft meegewerkt is onjuist.
Gezien de ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.