Einde inhoudsopgave
De Nederlandse strafbaarstelling van witwassen (SteR nr. 28) 2015/2.2.4
2.2.4 Een gemeenschappelijke deler
Mr. F. Diepenmaat, datum 01-09-2015
- Datum
01-09-2015
- Auteur
Mr. F. Diepenmaat
- JCDI
JCDI:ADS384166:1
- Vakgebied(en)
Materieel strafrecht / Delicten Wetboek van Strafrecht
Voetnoten
Voetnoten
Zie Stessens 1997, p. 103.
Vgl. Hinterseer 2002, p. 71. Hinterseer definieert de informele economie – ook wel aangemerkt als de ondergrondse economie – als dat deel van de economie waar alle wederrechtelijke economische activiteiten plaatsvinden. De formele economie is hiervan de natuurlijke tegenhanger. Deze wordt omschreven als de wettige of de legale economie.
Bij de eerstgenoemde categorie draait het om geld dat daadwerkelijk door criminele activiteiten is verkregen, terwijl de laatstgenoemde categorie ziet op vermogen dat weliswaar eerlijk is verdiend, maar dat in de informele economie blijft steken omdat daarover geen belastingen en/of sociale premies zijn afgedragen. Hinterseer spreekt in dit kader achtereenvolgens van ‘dirty money’ en ‘grey money’. Zie Hinterseer 2002, p. 71. Schaap hanteert eenzelfde onderscheid. Hij spreekt echter van illegal-illegal money (oftewel: crimineel geld) en legal-illegal money (oftewel: fiscaal zwart geld). Vgl. Schaap 1999, p. 3-5.
Zie § 5.7.
Aan de hand van het bovenstaande kan worden vastgesteld dat het begrip witwassen opduikt op verschillende momenten in de recente geschiedenis. Dit begrip wordt daarbij in sterk van elkaar verschillende contexten gebruikt, waardoor deze beeldspraak telkens wat anders lijkt te verbeelden. Dat laatste klopt natuurlijk wat de feitelijke omstandigheden betreft. Indien de drie geschetste situaties echter op een wat abstracter niveau worden beschouwd, dan blijkt er toch een gemeenschappelijke noemer te bestaan. Het begrip witwassen verbeeldt in elk van deze situaties namelijk een transformatieproces. In dit proces wordt eerst de werkelijke, maar niet te verantwoorden, herkomst van een vermogen verborgen. Vervolgens wordt hiervoor een fictieve, maar wel te verantwoorden, herkomst in de plaats gesteld. Op deze manier worden de onderliggende misdrijven toegedekt en kan het vermogen ongestoord worden aangewend voor consumptie, belegging of investering.1 Aan de hand van een geslaagd witwasproces kan vermogen vanuit de informele economie dus ongemerkt doordringen in de formele economie.2
De vraag is evenwel wanneer de herkomst van een vermogen niet te verantwoorden is. Is daarvan sprake wanneer het uit misdrijf afkomstig is, of zelfs wanneer het aanvankelijk op legale wijze verkregen is maar daarover geen belastingen en/of sociale premies zijn betaald?3 De beantwoording van deze vraag – naar het bereik van het fenomeen witwassen – schuif ik nog even voor me uit.4 In het navolgende wordt eerst onderzocht hoe dit transformatieproces in zijn werk gaat.