De Nederlandse strafbaarstelling van witwassen
Einde inhoudsopgave
De Nederlandse strafbaarstelling van witwassen (SteR nr. 28) 2015/8.1.2:8.1.2 Plan van behandeling
De Nederlandse strafbaarstelling van witwassen (SteR nr. 28) 2015/8.1.2
8.1.2 Plan van behandeling
Documentgegevens:
Mr. F. Diepenmaat, datum 01-09-2015
- Datum
01-09-2015
- Auteur
Mr. F. Diepenmaat
- JCDI
JCDI:ADS387843:1
- Vakgebied(en)
Materieel strafrecht / Delicten Wetboek van Strafrecht
Toon alle voetnoten
Voetnoten
Voetnoten
Wet van 19 november 2014, Stb. 2014, 445.
Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
In dit laatste hoofdstuk wordt onderzocht op welke manier de reikwijdte en de toepassing van de strafbaarstelling van witwassen meer in lijn kunnen worden gebracht met de ratio van deze strafbepaling. Anders geformuleerd, hoe kan artikel 420bis Sr op papier worden vormgegeven en in de praktijk worden toegepast zodat daarmee daadwerkelijk wordt voorkomen dat misdaadgeld ongestraft de legale economie bereikt waar het een bedreiging kan vormen voor de financieel-economische integriteit en de maatschappelijke orde?
In het navolgende richt ik mij eerst op de reikwijdte van de strafbaarstelling van witwassen. In § 8.2 besteed ik aandacht aan de Wet verruiming mogelijkheden bestrijding financieel-economische criminaliteit die op 1 januari 2015 in werking is getreden.1 Met deze wet wordt beoogd verschillende financieel- economische strafbaarstellingen te verruimen en te actualiseren. Voor de strafbaarstelling van witwassen betekent dat een verhoging van de strafmaxima voor de verschillende witwasfeiten en de introductie van een afzonderlijke strafbaarstelling voor witwassen in de uitoefening van het beroep. Vervolgens behandel ik in § 8.3 het voorstel tot wijziging van de witwaswetgeving dat de minister van Veiligheid en Justitie in de herfst van 2014 in consultatie heeft gebracht en dat een reactie vormt op de in § 5.3.8 besproken jurisprudentie van de Hoge Raad. Aansluitend verken ik in § 8.4 mogelijke alternatieven om de tekst van de strafbaarstelling van witwassen te verbeteren. In § 8.5 onderzoek ik de toepassingsmogelijkheden van artikel 420bis Sr en besteed ik aandacht aan de mogelijke knelpunten bij de opsporing en vervolging van witwassen. Ik besluit deze studie in § 8.6 met afrondende opmerkingen en enkele concrete aanbevelingen.