Einde inhoudsopgave
Wet financiën openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius en Saba
Artikel 38
Geldend
Geldend vanaf 10-10-2010
- Redactionele toelichting
Tijdstip iwtr.: 00.00 uur in Bonaire, Sint Eustatius en Saba. 06.00 uur in het Europese deel van Nederland.
- Bronpublicatie:
17-05-2010, Stb. 2010, 365 (uitgifte: 01-10-2010, kamerstukken: 31958)
- Inwerkingtreding
10-10-2010
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
30-09-2010, Stb. 2010, 389 (uitgifte: 01-01-2010, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Overige regelgevende instantie(s)
Ministerie van Financiën
- Vakgebied(en)
Belastingrecht algemeen (V)
Overheidsfinanciën / Begroting
Bestuursrecht algemeen / Bestuursbevoegdheden
Staatsrecht / Staatsinrichting
1.
De eilandsraad stelt bij eilandsverordening regels vast voor de controle op het financiële beheer en op de inrichting van de financiële organisatie. Deze eilandsverordening waarborgt dat de rechtmatigheid van het financiële beheer en van de inrichting van de financiële organisatie wordt getoetst.
2.
De eilandsverordening wordt na vaststelling gezonden aan het College financieel toezicht.
3.
De eilandsraad wijst een of meer accountants aan als bedoeld in artikel 393, eerste lid, van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek, belast met de controle van de in artikel 28 bedoelde jaarrekening en het daarbij verstrekken van een accountantsverklaring en het uitbrengen van een verslag van bevindingen.
4.
De accountantsverklaring geeft op grond van de uitgevoerde controle aan of:
- a.
de jaarrekening een getrouw beeld geeft van zowel de baten en lasten als de grootte en samenstelling van het vermogen;
- b.
de baten, lasten en balansmutaties rechtmatig tot stand zijn gekomen;
- c.
de jaarrekening is opgesteld in overeenstemming met de bij of krachtens algemene maatregel van bestuur te stellen regels, bedoeld in artikel 13.
5.
Het verslag van bevindingen bevat in ieder geval bevindingen over:
- a.
de vraag of de inrichting van het financiële beheer en van de financiële organisatie een getrouwe en rechtmatige verantwoording mogelijk maken en
- b.
onrechtmatigheden in de jaarrekening.
6.
De accountant zendt de accountantsverklaring en het verslag van bevindingen aan de eilandsraad en een afschrift daarvan aan het bestuurscollege.
7.
Bij algemene maatregel van bestuur kunnen nadere regels worden gesteld met betrekking tot de reikwijdte van en de verslaglegging omtrent de accountantscontrole, bedoeld in het derde lid.
8.
Accountants als bedoeld in het derde lid kunnen in dienst van het openbaar lichaam worden aangesteld en worden in dat geval door de eilandsraad benoemd, geschorst en ontslagen.
9.
Indien de eilandsraad op grond van het derde lid accountants heeft aangewezen die in dienst van het openbaar lichaam zijn aangesteld, is:
- a.
het bepaalde bij en krachtens de artikelen 25, 25a en 27 van de Wet toezicht accountantsorganisaties van overeenkomstige toepassing op deze accountants;
- b.
het bepaalde bij en krachtens de artikelen 14, 18, 19, 20 en 21 van de Wet toezicht accountantsorganisaties van overeenkomstige toepassing op het openbaar lichaam, en
- c.
het bepaalde bij en krachtens de artikelen 15 en 16 van de Wet toezicht accountantsorganisaties van overeenkomstige toepassing op de personen die de dagelijkse leiding hebben over het onderdeel van het openbaar lichaam waarbij de in de aanhef bedoelde accountants werkzaam zijn.
10.
Indien een openbaar lichaam wordt aangewezen als organisatie van openbaar belang als bedoeld in artikel 1, eerste lid, onderdeel h, van de Wet toezicht accountantsorganisaties, zijn de artikelen 22 tot en met 24 van die wet van overeenkomstige toepassing op dit openbaar lichaam.
11.
De gezamenlijke rekenkamer is belast met het toezicht op de naleving van het negende lid.