Einde inhoudsopgave
Overeenkomst tot arbitrage (BPP nr. 13) 2011/11.4.3.1
11.4.3.1 Inleiding
Mr. G.J. Meijer, datum 20-07-2011
- Datum
20-07-2011
- Auteur
Mr. G.J. Meijer
- JCDI
JCDI:ADS509683:1
- Vakgebied(en)
Burgerlijk procesrecht (V)
Voetnoten
Voetnoten
Wij zagen dit bijvoorbeeld in 1-11( 27 maart 1992 (Nusselder/Nederlandse Liquidatiekas), NJ 1993, 97 (blijkens de weergave van de uitspraak van de rechtbank sub 1.10), m.nt. HTS, TvA 1992, blz. 148, m.nt. P. SANDERS alsook in HvJ EG 25 juli 1991 (Marc Rich/Società Italiana Impianti), NJ 1993, 554 (blijkens r.o. 5 en 6), m.nt. JCS.
Vgl. art. 220 leden 1 en 3 Rv dat overigens slechts op gedingen bij de gewone rechter van toepassing is (HuGENEourz/HEEmsKERK, no. 145); zie ook art. 12 Rv en art. 27 EEX-Vo.
Vgl. wederom art. 220 leden 1 en 3 Rv; zie ook art. 28 EEX-Vo.
Zie voor beide onderwerpen in internationaal perspectief ook P.A. KARRER (ed.), Arbitral Tribunals or State Courts. Who must defer to whom?, ASA Special Series 2003, no. 15, blz. 1-166.
Het is niet geheel denkbeeldig dat tussen dezelfde partijen over hetzelfde onderwerp van geschil gedingen bij verschillende scheidsgerechten aanhangig worden gemaakt. Het is eveneens mogelijk dat tussen dezelfde partijen over hetzelfde onderwerp van geschil een geding bij de gewone rechter en een geding bij het scheidsgerecht aanhangig worden gemaakt.1 Vorenstaande samenloop van gedingen die tegelijk bij verschillende gerechten aanhangig zijn, duiden wij aan met litispendentie.2Voorts is het niet geheel uitgesloten dat bij de gewone rechter of een scheidsgerecht een geding aanhangig wordt gemaakt over een onderwerp van geschil dat samenhangt met een onderwerp van geschil in een geding dat bij een (ander) scheidsgerecht aanhangig wordt gemaakt. De samenloop van gedingen over een samenhangend onderwerp wordt met connexiteit aangeduid.3
Beide zullen thans afzonderlijk aan de orde komen (zie 11.4.3.2 voor litispendentie en 11.4.3.3 voor connexiteit).4 In beide gevallen is het overigens mogelijk dat een partij in beide gedingen eiser is, of als verweerder in het ene geding en als eiser in het andere optreedt.