EB 2015/10
Onjuiste uitleg van betekenis notariële samenlevingsovereenkomst.
HR 10-10-2014, ECLI:NL:HR:2014:2931
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
10 oktober 2014
- Zaaknummer
13/04100
- Vakgebied(en)
Personen- en familierecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2014:2931, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 10‑10‑2014
ECLI:NL:PHR:2014:425, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 16‑05‑2014
Beroepschrift, Hoge Raad, 15‑07‑2013
- Wetingang
(art. 6:3 lid 2 aanhef en onder b BW)
Essentie
Onjuiste uitleg van betekenis notariële samenlevingsovereenkomst.
Uitspraak
Partijen hebben een affectieve relatie gehad en van 1989 tot medio 2008 samengewoond. Zij bezitten in gemeenschappelijke eigendom een woning (hierna: de woning). Op 3 december 2001 hebben partijen bij notariële akte een samenlevingsovereenkomst gesloten. In deze overeenkomst is bepaald:
“Artikel 4
(…)
3.
Indien ter financiering van de door partijen gezamenlijk te bewonen woning en van zaken aangeschaft voor de gezamenlijke huishouding een geldlening is aangegaan, zal de rente worden gerekend tot de kosten van de gemeenschappelijke huishouding. Zijn bedoelde zaken gemeenschappelijk eigendom, dan wordt ook de aflossing voor zover ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.