Einde inhoudsopgave
Verordening (EU) 2019/1240 betreffende de oprichting van een Europees netwerk van immigratieverbindingsfunctionarissen
Artikel 6 Gezamenlijke inzet van immigratieverbindingsfunctionarissen
Geldend
Geldend vanaf 14-08-2019
- Bronpublicatie:
20-06-2019, PbEU 2019, L 198 (uitgifte: 25-07-2019, regelingnummer: 2019/1240)
- Inwerkingtreding
14-08-2019
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
20-06-2019, PbEU 2019, L 198 (uitgifte: 25-07-2019, regelingnummer: 2019/1240)
- Vakgebied(en)
EU-recht / Algemeen
Vreemdelingenrecht / Algemeen
1.
De lidstaten kunnen bilateraal of multilateraal overeenkomen dat immigratieverbindingsfunctionarissen die door een bepaalde lidstaat in een derde land of bij een internationale organisatie worden ingezet, ook de belangen van een of meer andere lidstaten behartigen.
2.
De lidstaten kunnen tevens overeenkomen dat hun immigratieverbindingsfunctionarissen bepaalde taken onderling verdelen, op basis van hun deskundigheid en opleiding.
3.
Wanneer twee of meer lidstaten gezamenlijk een immigratieverbindingsfunctionaris inzetten, kunnen die lidstaten financiële steun van de Unie ontvangen op grond van Verordening (EU) nr. 515/2014.