RAR 2023/49
Overgang van onderneming. In hoeverre dient bij de vervreemder opgebouwde senioriteit door de verkrijger te worden gerespecteerd in geval van een overgang van onderneming?
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
20 januari 2023
- Magistraten
Mrs. M.V. Polak, T.H. Tanja-van den Broek, C.E. du Perron, S.J. Schaafsma, K. Teuben
- Zaaknummer
21/03811
- Conclusie
A-G mr. P. Vlas
- Folio weergave
- JCDI
JCDI:ADS692613:1
- Vakgebied(en)
Arbeidsrecht / Arbeidsovereenkomstenrecht
Arbeidsrecht / Einde arbeidsovereenkomst
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2023:65, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 20‑01‑2023
ECLI:NL:PHR:2022:624, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 24‑06‑2022
Beroepschrift, Hoge Raad, 29‑10‑2021
- Wetingang
Art. 7:663 BW; art. 3 lid 1 Richtlijn 2001/23/EG
Essentie
Overgang van onderneming. Arbeidsvoorwaarden.
In hoeverre dient bij de vervreemder opgebouwde senioriteit door de verkrijger te worden gerespecteerd in geval van een overgang van onderneming?
Samenvatting
Dit arrest houdt verband met een langlopend conflict tussen KLM en VNV enerzijds en een groep werknemers (vrachtvliegers) van Martinair anderzijds ten aanzien van de vraag of de betreffende vrachtvliegers door overgang van onderneming zijn overgegaan naar KLM met behoud van hun senioriteits- en anciënniteitsrechten. Na procedures bij de kantonrechter en het hof, die oordeelden dat geen sprake was van overgang van onderneming, vernietigde de Hoge Raad eind 2019 het arrest ...