Einde inhoudsopgave
Verordening (EU) 2018/1971 tot instelling van het Orgaan van Europese regulerende instanties voor elektronische communicatie (Berec) en het Bureau voor ondersteuning van Berec (Berec-Bureau), tot wijziging van Verordening (EU) 2015/2120 en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 1211/2009
Artikel 4 Regulerende taken van Berec
Geldend
Geldend vanaf 20-12-2018
- Bronpublicatie:
11-12-2018, PbEU 2018, L 312 (uitgifte: 17-12-2018, regelingnummer: 2018/1971)
- Inwerkingtreding
20-12-2018
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
11-12-2018, PbEU 2018, L 312 (uitgifte: 17-12-2018, regelingnummer: 2018/1971)
- Vakgebied(en)
Informatierecht / Telecommunicatie
EU-recht / Instituties
Informatierecht / Europees informatierecht
Informatierecht / ICT
1.
Berec heeft de volgende regulerende taken:
- a)
assisteren en adviseren van de NRI's, het Europees Parlement, de Raad en de Commissie, samenwerken met de NRI's en de Commissie, hetzij op verzoek, hetzij op eigen initiatief, met betrekking tot alle technische aangelegenheden inzake elektronische communicatie die tot zijn mandaat behoren;
- b)
op verzoek, assisteren en adviseren van de Commissie bij de voorbereiding van wetgevingsvoorstellen op het gebied van elektronische communicatie, met inbegrip van voorstellen voor wijzigingen van deze verordening of van Richtlijn (EU) 2018/1972;
- c)
adviezen verstrekken als bedoeld in Verordening (EU) nr. 531/2012 en Richtlijn (EU) 2018/1972, met name over:
- i)
de beslechting van grensoverschrijdende geschillen, in overeenstemming met artikel 27 van Richtlijn (EU) 2018/1972;
- ii)
nationale ontwerpmaatregelen met betrekking tot internemarktprocedures voor marktregulering, in overeenstemming met de artikelen 32, 33 en 68 van Richtlijn (EU) 2018/1972;
- iii)
ontwerpbesluiten en aanbevelingen inzake harmonisatie, in overeenstemming met de artikelen 38 en 93 van Richtlijn (EU) 2018/1972;
- iv)
eind-tot-eind-verbindingen tussen eindgebruikers, in overeenstemming met artikel 61, lid 2, van Richtlijn (EU) 2018/1972;
- v)
de vaststelling van een enkel Uniebreed maximumtarief voor mobiele gespreksafgifte en een enkel Uniebreed maximumtarief voor vaste gespreksafgifte, in overeenstemming met artikel 75 van Richtlijn (EU) 2018/1972;
- vi)
het model van summier contract, in overeenstemming met artikel 102 van Richtlijn (EU) 2018/1972;
- vii)
de nationale uitvoering en werking van de algemene machtiging, en de gevolgen daarvan voor de werking van de interne markt, in overeenstemming met artikel 122, lid 3, van Richtlijn (EU) 2018/1972;
- viii)
in voorkomend geval, de markt en de technologische ontwikkelingen met betrekking tot de verschillende soorten van elektronische-communicatiediensten en de gevolgen daarvan voor de toepassing van titel III van deel III van Richtlijn (EU) 2018/1972, in overeenstemming met artikel 123, lid 1, van die richtlijn;
- d)
richtsnoeren verstrekken over de toepassing van het regelgevingskader van de Unie voor elektronische communicatie, met name als bedoeld in Verordeningen (EU) nr. 531/2012 en (EU) 2015/2120 en in Richtlijn (EU) 2018/1972, betreffende:
- i)
het model van kennisgeving, in overeenstemming met artikel 12 van Richtlijn (EU) 2018/1972;
- ii)
de coherente uitvoering van verplichtingen wat betreft geografische onderzoeken en prognoses, in overeenstemming met artikel 22 van Richtlijn (EU) 2018/1972;
- iii)
toepasselijke criteria ter bevordering van de consistente toepassing van artikel 61, lid 3, van Richtlijn (EU) 2018/1972;
- iv)
gemeenschappelijke wijzen van aanpak voor het bepalen van het netwerkaansluitpunt in verschillende netwerktopologieën, in overeenstemming met artikel 61, lid 7, van Richtlijn (EU) 2018/1972;
- v)
gemeenschappelijke wijzen van aanpak om tegemoet te komen aan de vraag van transnationale eindgebruikers, in overeenstemming met artikel 66 van Richtlijn (EU) 2018/1972;
- vi)
minimumcriteria voor een referentieofferte, in overeenstemming met artikel 69 van Richtlijn (EU) 2018/1972;
- vii)
de bevordering van de consistente toepassing door de NRI's van de voorwaarden beschreven in lid 76, lid 1, van en de criteria beschreven in bijlage IV bij Richtlijn (EU) 2018/1972;
- viii)
criteria waaraan een netwerk moet voldoen om als een netwerk met zeer hoge capaciteit te worden beschouwd, in overeenstemming met artikel 82 van Richtlijn (EU) 2018/1972;
- ix)
gemeenschappelijke criteria voor de beoordeling van de bekwaamheid om nummervoorraden te beheren en van het risico van uitputting van nummervoorraden, in overeenstemming met artikel 93 van Richtlijn (EU) 2018/1972;
- x)
de geldende parameters voor de kwaliteit van de dienstverlening, de toepasselijke meetmethoden, de inhoud en vorm van de informatie, en de kwaliteitscertificeringsmechanismen, in overeenstemming met artikel 104 van Richtlijn (EU) 2018/1972;
- xi)
- xii)
toegang tot wholesaleroaming, in overeenstemming met artikel 3, lid 8, van Verordening (EU) nr. 531/2012;
- xiii)
de uitvoering van de verplichtingen van de NRI's wat open-internettoegang betreft, in overeenstemming met artikel 5, lid 3, van Verordening (EU) 2015/2120;
- xiv)
de parameters die door de NRI's in aanmerking moeten worden genomen bij hun beoordeling van de houdbaarheid van binnenlandse tariefmodellen, in overeenstemming met artikel 5 bis, lid 6, van Verordening (EU) 2015/2120;
- e)
op eigen initiatief of op verzoek van een NRI, het Europees Parlement, de Raad of de Commissie, het verstrekken van overige richtsnoeren voor de consistente toepassing van het regelgevend kader voor elektronische communicatie en consistente regelgevingsbesluiten van de NRI's, met name voor regelgevingskwesties met gevolgen voor een aanzienlijk aantal lidstaten of met grensoverschrijdende aspecten;
- f)
in voorkomend geval, deelnemen aan het Peer Review Forum betreffende ontwerpmaatregelen inzake selectieprocedures, in overeenstemming met artikel 35 van Richtlijn (EU) 2018/1972;
- g)
deelnemen aan de behandeling van vraagstukken betreffende zijn marktregulerings- en concurrentiebevoegdheid op het gebied van radiospectrum, in overeenstemming met artikel 4 van Richtlijn (EU) 2018/1972;
- h)
analyses verrichten van mogelijke transnationale markten in overeenstemming met artikel 65 van Richtlijn (EU) 2018/1972, en van de transnationale vraag van eindgebruikers, in overeenstemming met artikel 66 van die richtlijn;
- i)
informatie monitoren en vergaren en, in voorkomend geval, actuele informatie over de toepassing van Verordening (EU) nr. 531/2012 algemeen beschikbaar stellen, in overeenstemming met de artikelen 16 en 19 van die verordening;
- j)
verslag uitbrengen over technische aangelegenheden die binnen zijn bevoegdheid vallen, met name over:
- i)
de praktische toepassing van de adviezen en richtsnoeren als bedoeld in de punten c), d), en e);
- ii)
beste praktijken van de lidstaten ter ondersteuning van het bepalen van de adequate breedbandinternettoegangsdienst, in overeenstemming met artikel 84 van Richtlijn (EU) 2018/1972;
- iii)
de ontwikkeling van prijsstellings- en verbruikspatronen voor zowel binnenlandse als roamingdiensten, de ontwikkeling van feitelijke wholesaleroamingtarieven voor ongelijk verkeer, het verband tussen detailhandelsprijzen, wholesaletarieven en wholesalekosten voor roamingdiensten, alsmede over transparantie en vergelijkbaarheid van tarieven, in overeenstemming met artikel 19 van Verordening (EU) nr. 531/2012;
- iv)
de resultaten van de jaarlijkse verslagen die de NRI's verstrekken, in overeenstemming met artikel 5 van Verordening (EU) 2015/2120, door bekendmaking van een jaarlijks samenvattend verslag;
- v)
de marktontwikkelingen op het gebied van elektronische communicatie, zulks jaarlijks;
- k)
aanbevelingen en gemeenschappelijke standpunten richten tot en goede regelgevingspraktijken verspreiden bij de NRI's om een consistente en betere uitvoering van het regelgevend kader voor elektronische communicatie te bevorderen;
- l)
een database opzetten en bijhouden van:
- i)
de kennisgevingen die aan de bevoegde autoriteiten worden toegezonden door ondernemingen die aan een algemene machtiging zijn onderworpen, in overeenstemming met artikel 12 van Richtlijn (EU) 2018/1972;
- ii)
de nummervoorraden met recht op extraterritoriaal gebruik binnen de Unie, in overeenstemming met artikel 93, lid 4, vierde alinea, van Richtlijn (EU) 2018/1972;
- iii)
in voorkomend geval, E.164-nummers van noodhulpdiensten van de lidstaten, in overeenstemming met artikel 109, lid 8, derde alinea, van Richtlijn (EU) 2018/1972;
- m)
de behoefte aan innovatie op regelgevingsgebied beoordelen en het optreden van NRI's coördineren om de ontwikkeling van nieuwe innovatieve elektronische communicatie mogelijk te maken;
- n)
bevorderen van het moderniseren, coördineren en standaardiseren van de gegevensvergaring door de NRI's, waarbij deze gegevens, onverminderd de intellectuele-eigendomsrechten, de regels inzake de bescherming van persoonsgegevens en het vereiste vertrouwelijkheidsniveau, openbaar worden gemaakt in een open, herbruikbaar en machineleesbaar formaat op de website van Berec en het Europese gegevensportaal;
- o)
andere taken uitvoeren die het bij rechtshandelingen van de Unie, met name Verordeningen (EU) nr. 531/2012 en (EU) 2015/2120 en Richtlijn (EU) 2018/1972, zijn toegewezen.
2.
Berec maakt zijn regulerende taken openbaar en werkt die informatie bij telkens wanneer het nieuwe taken toegewezen krijgt.
3.
Berec maakt al zijn definitieve adviezen, richtsnoeren, verslagen, aanbevelingen, gemeenschappelijke standpunten, beste praktijken en in opdracht uitgevoerde studies openbaar, evenals de betreffende ontwerpdocumenten voor het houden van de openbare raadplegingen als bedoeld in lid 5.
4.
Onverminderd de naleving van het desbetreffende Unierecht houden de NRI's en de Commissie zo veel mogelijk rekening met de richtsnoeren, adviezen, aanbevelingen, gemeenschappelijke standpunten en beste praktijken die door Berec zijn aangenomen met het oog op de consistente toepassing van het regelgevend kader voor elektronische communicatie binnen het in artikel 3, lid 1, bedoelde toepassingsgebied.
Een NRI die afwijkt van de in punt e) van lid 1 bedoelde richtsnoeren, geeft hiervoor haar redenen.
5.
Zo nodig raadpleegt Berec belanghebbende partijen en geeft het hun de gelegenheid opmerkingen te maken binnen een naar de complexiteit van de materie te bepalen redelijke termijn. Die termijn mag, behalve in uitzonderlijke omstandigheden, niet korter zijn dan 30 dagen. Onverminderd artikel 38 stelt Berec de resultaten van dergelijke openbare raadplegingen ter beschikking van het publiek. Die raadplegingen vinden zo vroeg mogelijk in het besluitvormingsproces plaats.
6.
Berec kan indien nodig raadplegingen houden en samenwerken met bevoegde nationale instanties, waaronder de voor mededinging, consumentenbescherming en gegevensbescherming bevoegde instanties.
7.
Berec kan indien nodig samenwerken met bevoegde organen, instanties, agentschappen, en adviesgroepen van de Unie, alsook met de bevoegde autoriteiten van derde landen en internationale organisaties, in overeenstemming met artikel 35, lid 1.