V-N 2014/5.25
Bij verkrijging deelgerechtigdheid in waardeontwikkeling stuk grond is overdrachtsbelasting verschuldigd
HR (A-G) 20-08-2013, ECLI:NL:PHR:2013:790, m.nt. Redactie Vakstudie Nieuws
- Instantie
Hoge Raad (Advocaat-Generaal)
- Datum
20 augustus 2013
- Magistraten
Feteris, Schaap, Van Loon, Fierstra, Groeneveld
- Zaaknummer
13/00266
- Noot
Redactie Vakstudie Nieuws
- JCDI
JCDI:ADS915973:1
- Vakgebied(en)
Belastingen van rechtsverkeer / Algemeen
- Brondocumenten
Beroepschrift, Hoge Raad, 19‑01‑2014
ECLI:NL:HR:2014:4, Uitspraak, Hoge Raad, 10‑01‑2014
ECLI:NL:PHR:2013:790, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 20‑08‑2013
- Wetingang
art. 2 Wet BRV
Essentie
De Hoge Raad oordeelt dat bij de verkrijging van de grond de daarop aanwezige opstallen in de door X betaalde prijs zijn begrepen. De naheffingsaanslag overdrachtsbelasting is correct.
Samenvatting
Belanghebbende X heeft, tezamen met enkele andere personen, een obligatoire overeenkomst met F bv gesloten met betrekking tot de economische gerechtigdheid tot een stuk grond. X participeert hierin voor 21%. De overeenkomst bepaalt dat de BV ‘geacht wordt’ zich een recht van erfpacht voorbehouden te hebben en dat zij aan de gerechtigden tot de waardeveranderingen, onder wie de belanghebbende, jaarlijks een ‘canon’ is verschuldigd ad € 158.784. In geschil is ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.