RvdW 2021/2
Arbitrage. Vordering tot vernietiging arbitraal vonnis (Yukos Awards); verzoek in cassatie tot schorsing tenuitvoerlegging arbitraal vonnis resp. tot zekerheidstelling op voet art. 1066 (oud) Rv; maatstaf. Restitutierisico; belangenafweging. Vervolg op HR 25 september 2020, NJ 2020/360.
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
4 december 2020
- Magistraten
Mrs. V. van den Brink, A.M.J. van Buchem-Spapens, H.M. Wattendorff
- Zaaknummer
20/01892
- Conclusie
A-G mr. P. Vlas
- Folio weergave
- Vakgebied(en)
Burgerlijk procesrecht / Arbitrage
Burgerlijk procesrecht / Beslag en executie
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2020:1952, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 04‑12‑2020
ECLI:NL:PHR:2020:1082, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 13‑11‑2020
ECLI:NL:HR:2020:1511, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 25‑09‑2020
ECLI:NL:PHR:2020:796, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 11‑09‑2020
Beroepschrift, Hoge Raad, 23‑06‑2020
- Wetingang
Essentie
Arbitrage. Vordering tot vernietiging arbitraal vonnis (Yukos Awards); verzoek in cassatie tot schorsing tenuitvoerlegging arbitraal vonnis resp. tot zekerheidstelling op voet art. 1066 (oud) Rv; maatstaf. Restitutierisico; belangenafweging. Vervolg op HR 25 september 2020, NJ 2020/360.
Samenvatting
Het schorsingsverzoek op de voet van art. 1066 lid 2 (oud) Rv is gericht op het verkrijgen van een voorlopige voorziening. Bij de beslissing op dat verzoek moet de rechter zich een voorlopig oordeel vormen over de vordering tot vernietiging van het arbitrale vonnis en daarnaast de belangen van partijen afwegen. De rechter ...