JWB 2015/4
Niet-ontvankelijkheid nu de beschikking van het hof een tussenbeschikking is
HR 19-12-2014, ECLI:NL:HR:2014:3648
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
19 december 2014
- Zaaknummer
13/05566
- Vakgebied(en)
Civiel recht algemeen (V)
Burgerlijk procesrecht (V)
Personen- en familierecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2014:3648, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 19‑12‑2014
ECLI:NL:PHR:2014:1806, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 26‑09‑2014
Beroepschrift, Hoge Raad, 24‑02‑2014
Beroepschrift, Hoge Raad, 08‑11‑2013
- Wetingang
Art. 426 lid 4, 401a lid 2 Rv; 1:141 lid 1 en 4 BW
Essentie
Niet-ontvankelijkheid nu de beschikking van het hof een tussenbeschikking is
Samenvatting
Casus
In deze echtscheidingszaak heeft de vrouw verzocht om afgifte van bepaalde stukken. De rechtbank heeft de echtscheiding uitgesproken en het verzoek tot afgifte van de stukken afgewezen. Het hof heeft de vrouw niet-ontvankelijk verklaard in het hoger beroep tegen de afwijzing van dat verzoek, nu de bestreden beschikking niet kan worden aangemerkt als een deelbeschikking. De vrouw stelt cassatieberoep in.
Rechtsvraag
Is sprake van een eindbeslissing nu (i) de vrouw op basis van de huwelijkse voorwaarden een zelfstandig verzoek heeft ingediend dat in een zelfstandige procedure ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.