Einde inhoudsopgave
Uitvoeringsregels ontslag om bedrijfseconomische redenen 2020
4.2.2 Uitzonderingen op opzegverboden bij bedrijfseconomische redenen
Geldend
Geldend vanaf 01-09-2020
- Redactionele toelichting
De dag van de datum van afkondiging is gezet op 01.
- Bronpublicatie:
01-09-2020, Internet 2020, www.uwv.nl (uitgifte: 01-09-2020, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
01-09-2020
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
01-09-2020, Internet 2020, www.uwv.nl (uitgifte: 01-09-2020, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Sociale zekerheid werkloosheid / Algemeen
Arbeidsrecht / Einde arbeidsovereenkomst
In sommige situaties — bij een ontslag om bedrijfseconomische redenen — gelden de verschillende opzegverboden niet. Dit is geregeld in artikel 7:670a BW.
Ziekte van de werknemer
Op grond van artikel 7:670 lid 11 BW wordt het opzegverbod tijdens ziekte van (normaal) twee jaren in een aantal situaties verlengd. Als bijvoorbeeld een loonsanctie is opgelegd wordt de wachttijd met maximaal een jaar verlengd. Het opzegverbod wordt dan met dezelfde duur verlengd.
Artikel 7:670a lid 2 onderdeel d BW bepaalt dat het opzegverbod tijdens ziekte (en tijdens zwangerschap, dienstplicht en lidmaatschap OR) niet geldt als wordt opgezegd wegens beëindiging van de werkzaamheden van de onderneming.
- —
Onder ‘onderneming’ wordt in dit verband verstaan de formele werkgever waar de werknemer in dienst is. Bij een payrollwerknemer gaat het in dit verband om de onderneming waar de payrollwerknemer werkzaam is.
- —
Het gaat erom dat de bedrijfsactiviteiten van de onderneming volledig worden beëindigd. Dit wordt beoordeeld met behulp van de criteria van paragraaf 1.3.5 van de Uitvoeringsregels. Daarbij is niet noodzakelijk dat de onderneming al daadwerkelijk geheel is beëindigd, bijvoorbeeld is ontbonden of geliquideerd. Om fiscale redenen of bijvoorbeeld omdat er nog pensioengelden in de onderneming zitten, kan er geruime tijd verstrijken tussen het beëindigen van de werkzaamheden van de onderneming en de daadwerkelijke bedrijfsbeëindiging.
- —
Als de werkzaamheden van een onderdeel van een onderneming worden beëindigd (gedeeltelijke bedrijfsbeëindiging), is het opzegverbod tijdens ziekte wel van toepassing. De werkgever kan de werknemer immers nog steeds re-integreren bij een ander onderdeel van de onderneming of bij een andere werkgever (eerste en tweede spoor).
Zwangerschap, zwangerschaps- en bevallingsverlof van de werkneemster
Dit opzegverbod geldt ook gedurende zes weken na werkhervatting aansluitend op het bevallingsverlof. Als de moeder tijdens het bevallingsverlof overlijdt, gaat het resterende recht op verlof in verband met bevalling — en daarmee ook de bescherming van het opzegverbod — over op de partner.
Het opzegverbod tijdens zwangerschap geldt niet als sprake is van volledige bedrijfsbeëindiging (artikel 7:670a lid 2 onderdeel d BW) en in geval van het beëindigen van de activiteiten van een onderdeel van het bedrijf (artikel 7:670a lid 3 onderdeel a BW). In de laatste situatie geldt als aanvullende voorwaarde dat de werkneemster ten minste een half jaar op de vervallen arbeidsplaats werkzaam moet zijn geweest wil opheffing van het opzegverbod aan de orde zijn (artikel 7:670a lid 3 aanhef BW). Tijdens de periode van zwangerschaps- en bevallingsverlof is het opzegverbod absoluut. De arbeidsovereenkomst van de werkneemster kan tijdens zwangerschaps- en bevallingsverlof ook niet worden opgezegd bij bedrijfsbeëindiging of het beëindigen van de activiteiten van een onderdeel van het bedrijf.
Gedurende het vervullen van dienstplicht of vervangende dienst
Deze regeling is van belang voor werknemers die hun dienstplicht in een ander land dan Nederland vervullen. In deze situatie geldt het opzegverbod niet als sprake is van volledige bedrijfsbeëindiging (artikel 7:670a lid 2 onderdeel d BW) en bij het beëindigen van de activiteiten van een onderdeel van het bedrijf (artikel 7:670a lid 3 onderdeel b BW). In de laatste situatie geldt als aanvullende voorwaarde dat de werknemer ten minste een half jaar op de vervallen arbeidsplaats werkzaam moet zijn geweest wil opheffing van het opzegverbod aan de orde zijn (artikel 7:670a lid 3 aanhef BW).
Overige gevallen (diverse medezeggenschap e.a.)
In de overige situaties genoemd in de hierboven genoemde onderdelen e t/m i gelden de opzegverboden niet bij een ontslag om bedrijfseconomische redenen (volledige bedrijfsbeëindiging, gedeeltelijke bedrijfsbeëindiging, personeelsinkrimping enz.) voor zover de werknemer ten minste een half jaar op de vervallen arbeidsplaats werkzaam is geweest (artikel 7:670a lid 3 aanhef en onderdeel c).