NJB 2018/2061:Cassatie in het belang der wet. Prejudiciële vraag. Gemeenschapsmodel. Inbreuk. Voorlopige en beschermende maatregelen. Een Gemeenschapsmodel voor speelballetjes staat geregistreerd op naam van een partij. Deze partij vordert een inbreukverbod bij de voorzieningenrechter in de rechtbank Amsterdam. De voorzieningenrechter acht zich bevoegd hiervan kennis te nemen. De P-G stelt cassatie in het belang der wet in op grond van zijn oordeel dat uitsluitend de voorzieningenrechter in de rechtbank Den Haag bevoegd is kennis te nemen van dit type vorderingen. Hoge Raad: De Hoge Raad stelt een prejudiciële vraag aan het EUHvJ en overweegt dat het antwoord op de vraag onontbeerlijk is

NJB 2018/2061

Cassatie in het belang der wet. Prejudiciële vraag. Gemeenschapsmodel. Inbreuk. Voorlopige en beschermende maatregelen. Een Gemeenschapsmodel voor speelballetjes staat geregistreerd op naam van een partij. Deze partij vordert een inbreukverbod bij de voorzieningenrechter in de rechtbank Amsterdam. De voorzieningenrechter acht zich bevoegd hiervan kennis te nemen. De P-G stelt cassatie in het belang der wet in op grond van zijn oordeel dat uitsluitend de voorzieningenrechter in de rechtbank Den Haag bevoegd is kennis te nemen van dit type vorderingen. Hoge Raad: De Hoge Raad stelt een prejudiciële vraag aan het EUHvJ en overweegt dat het antwoord op de vraag onontbeerlijk is

Documentgegevens:

HR 02-11-2018, ECLI:NL:HR:2018:2027

Instantie: Hoge Raad (Civiele kamer)
Datum: 2 november 2018
Magistraten: Mrs. E.J. Numann, A.H.T. Heisterkamp, G. Snijders, M.V. Polak, H.M. Wattendorff
Zaaknummer: 18/03722
Folio weergave: Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
Vakgebied(en): Intellectuele-eigendomsrecht / Europees intellectuele-eigendomsrecht
EU-recht / Rechtsbescherming
Burgerlijk procesrecht / Overige rechtsmiddelen
Brondocumenten: ECLI:NL:HR:2020:743, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 17‑04‑2020
ECLI:NL:PHR:2020:168, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 18‑02‑2020
ECLI:NL:HR:2018:2027, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 02‑11‑2018
ECLI:NL:PHR:2018:957, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 31‑08‑2018
Wetingang: (art. 80 lid 1, art. 81, 90 lid 1 GModVo; art. 3 Uitvoeringswet EG-verordening betreffende Gemeenschapsmodellen; art. 78 lid 1 en 7, art. 111 lid 2 aanhef en onder c RO; art. 26 Rv)

Essentie

Cassatie in het belang der wet. Prejudiciële vraag. Gemeenschapsmodel. Inbreuk. Voorlopige en beschermende maatregelen. Een Gemeenschapsmodel voor speelballetjes staat geregistreerd op naam van een partij. Deze partij vordert een inbreukverbod bij de voorzieningenrechter in de rechtbank Amsterdam. De voorzieningenrechter acht zich bevoegd hiervan kennis te nemen. De P-G stelt cassatie in het belang der wet in op grond van zijn oordeel dat uitsluitend de voorzieningenrechter in de rechtbank Den Haag bevoegd is kennis te nemen van dit type vorderingen. Hoge Raad: De Hoge Raad stelt een prejudiciële vraag aan het EUHvJ en overweegt dat het antwoord op de vraag ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.