JONDR 2019/1413
HR, 04-10-2019, nr. 18/01155
HR 04-10-2019, ECLI:NL:HR:2019:1500
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
4 oktober 2019
- Zaaknummer
18/01155
- Vakgebied(en)
Ondernemingsrecht / Rechtspersonenrecht
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2019:1577, Uitspraak, Hoge Raad, 11‑10‑2019
ECLI:NL:HR:2019:1500, Uitspraak, Hoge Raad, 04‑10‑2019
ECLI:NL:PHR:2019:331, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 08‑03‑2019
Beroepschrift, Hoge Raad, 17‑05‑2018
Beroepschrift, Hoge Raad, 19‑04‑2018
- Wetingang
Art. 3:303, 6:210 lid 2, art. 6:228 lid 1 onder b BW
Essentie
Verbintenissenrecht; dwaling bij renteswaps. Toepassing HR 28 juni 2019, RvdW 2019/786 (rentederivaat ABN AMRO). Mededelingsplicht versus waarschuwingsplicht; algemene productinformatie; verdergaande mededelingsplicht i.v.m. uit hoofde van zorgplicht bekende informatie; onvoldoende gesteld door bank. Dwaling; schadevergoeding. Gevolgen van vernietiging; ongedaanmakingsverplichting prestaties; uitleg overeenkomst; beperken omvang ongedaanmaking met oog op onevenwichtige resultaten. Marktwaarde renteswap afhankelijk van Euribor?; voor beslissing hof irrelevante vergissing.
Uitspraak
De HR verwijst naar HR 28 juni 2019, RvdW 2019/786 (rentederivaat ABN AMRO) voor de regels betreffende (i) de mededelingsplicht als bedoeld in art. 6:228 lid 1 onder b BW ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.