NJ 2022/206
Prejudiciële beslissing op voet art. 392 Rv. Huurrecht. Uiteengaan samenwoner met huurder (art. 7:267 BW); uiteengaan gezamenlijke huurders; toekenning huurrecht door rechter; werking jegens verhuurder.
HR 24-12-2021, ECLI:NL:HR:2021:1964, m.nt. J.L.R.A. Huydecoper
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
24 december 2021
- Magistraten
Mrs. M.V. Polak, C.H. Sieburgh, H.M. Wattendorff, S.J. Schaafsma, F.R. Salomons
- Zaaknummer
21/02188
- Conclusie
A-G mr. G. Snijders
- Noot
J.L.R.A. Huydecoper
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS653284:1
- Vakgebied(en)
Huurrecht / Huur van woonruimte
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2021:1964, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 24‑12‑2021
ECLI:NL:PHR:2021:761, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 18‑08‑2021
- Wetingang
Art. 7:266, 7:267 BW
Essentie
Prejudiciële beslissing op voet art. 392 Rv. Huurrecht. Uiteengaan samenwoner met huurder (art. 7:267 BW); uiteengaan gezamenlijke huurders; toekenning huurrecht door rechter; werking jegens verhuurder.
Samenvatting
Art. 7:266 BW regelt onder welke voorwaarde een echtgenoot of geregistreerde partner van een huurder van rechtswege medehuurder is. Art. 7:267 BW voorziet in de mogelijkheid van medehuur door anderen. De wetgever heeft beoogd met art. 7:267 lid 7 BW en art. 7:266 lid 5 BW in een vergelijkbare bescherming te voorzien. Een toewijzing van het huurrecht door de rechter op ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.