BR 2015/7
Belang van de ‘Soortenstandaard’ bij de verlening van een ontheffing op grond van de Flora- en faunawet.
Rb. Gelderland 04-12-2014, ECLI:NL:RBGEL:2014:7461, m.nt. A. Drahmann en F. Onrust
- Instantie
Rechtbank Gelderland
- Datum
4 december 2014
- Magistraten
Mrs. G.W.B. Heijmans, J.J. Penning en L.M. Vogel
- Zaaknummer
14/2924
- Noot
A. Drahmann en F. Onrust
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS919833:1
- Vakgebied(en)
Natuurbeschermingsrecht / Soortenbescherming
- Brondocumenten
ECLI:NL:RBGEL:2014:7461, Uitspraak, Rechtbank Gelderland, 04‑12‑2014
- Wetingang
(art. 75 Ffw)
Essentie
Belang van de ‘Soortenstandaard’ bij de verlening van een ontheffing op grond van de Flora- en faunawet.
Samenvatting
“Vooropgesteld moet worden dat bij beantwoording van de vraag of er een andere bevredigende oplossing bestaat als bedoeld in artikel 75, zesde lid, van de Ffw, verweerder beoordelingsvrijheid heeft. De rechtbank is evenwel van oordeel dat verweerder onvoldoende heeft onderbouwd dat er geen andere bevredigende oplossing bestaat als bedoeld in dat artikel. (…) De rechtbank acht hierbij van belang dat volgens paragraaf 3.5 van de Soortenstandaard Das sprake moet zijn van de voor de das meest bevredigende oplossing om ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.