Einde inhoudsopgave
Besluit Deelnemingsvrijstelling
2.1.3.3 Kosten ter zake van de verwerving of de vervreemding van een deelneming; interne kosten
Geldend
Geldend vanaf 21-09-2024
- Bronpublicatie:
19-09-2024, Stcrt. 2024, 29714 (uitgifte: 20-09-2024, regelingnummer: 2024-20865)
- Inwerkingtreding
21-09-2024
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
19-09-2024, Stcrt. 2024, 29714 (uitgifte: 20-09-2024, regelingnummer: 2024-20865)
- Vakgebied(en)
Vennootschapsbelasting / Deelnemingsvrijstelling
In HR 7 december 2018, ECLI:NL:HR:2018:2264 oordeelt de Hoge Raad dat niet alleen externe maar ook interne kosten onder het aftrekverbod vallen.1. Hierbij gaat het om alle interne kosten die rechtstreeks oorzakelijk verband houden met een specifiek te verwerven of te vervreemden deelneming. Dat bijvoorbeeld salariskosten van werknemers voor werkzaamheden die rechtstreeks oorzakelijk verband houden met de verwervings- of vervreemdingswerkzaamheden ook gemaakt zouden zijn zonder de verwerving of vervreemding, doet hier niet aan af. Van belang is dat de (salaris)kosten toerekenbaar zijn aan de werkzaamheden met betrekking tot de verwerving of vervreemding van de deelneming.
Voetnoten
HR 7 december 2018, ECLI:NL:HR:2018:2264, r.o. 2.5.2.