Besluit verplichte politiegegevens
Artikel 12
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2013
- Bronpublicatie:
04-10-2012, Stb. 2012, 465 (uitgifte: 12-10-2012, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
01-01-2013
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
04-10-2012, Stb. 2012, 465 (uitgifte: 12-10-2012, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Politierecht / Algemeen
Strafprocesrecht / Voorfase
Informatierecht / ICT
Openbare orde en veiligheid / Algemeen
1.
De bij de criminele-inlichtingeneenheid in gebruik zijnde vertrekken zijn afsluitbaar en beveiligd. Tot deze vertrekken hebben slechts toegang ambtenaren die deel uitmaken van de criminele-inlichtingeneenheid, personen die door deze ambtenaren worden begeleid en de als zodanig aangewezen officier van justitie die verantwoordelijk is voor de taakuitoefening van de criminele-inlichtingeneenheid.
2.
In afwijking van het eerste lid, tweede volzin, kan de korpschef aan anderen toegang zonder begeleiding toestaan, indien het betreden van de vertrekken alleen kan plaatsvinden nadat identiteitsgegevens elektronisch zijn vastgelegd en de toegang noodzakelijk is vanuit de verantwoordelijkheid voor de ambtenaren van de criminele-inlichtingeneenheid.
3.
Bij afwezigheid van ambtenaren van de criminele-inlichtingeneenheid zijn de vertrekken deugdelijk afgesloten.