NJ 2023/185
Procesrecht. Arbitrage. Bedrog door achterhouden stukken; verplichting arbiters beroep op bedrog te onderzoeken; openbare orde (art. 1065 lid 1 onder e (oud) Rv).
HR 30-09-2022, ECLI:NL:HR:2022:1332, m.nt. H.J. Snijders
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
30 september 2022
- Magistraten
Mrs. T.H. Tanja-van den Broek, C.E. du Perron, S.J. Schaafsma, F.R. Salomons, K. Teuben
- Zaaknummer
21/01256
- Conclusie
A-G mr. P. Vlas
- Noot
H.J. Snijders
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS705234:1
- Vakgebied(en)
Burgerlijk procesrecht / Arbitrage
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2022:1332, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 30‑09‑2022
ECLI:NL:PHR:2022:77, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 28‑01‑2022
Beroepschrift, Hoge Raad, 07‑05‑2021
- Wetingang
Art. 1065, 1068 (oud) Rv
Essentie
Procesrecht. Arbitrage. Bedrog door achterhouden stukken; verplichting arbiters beroep op bedrog te onderzoeken; openbare orde (art. 1065 lid 1onder e (oud) Rv).
Samenvatting
Als een arbitraal vonnis tot stand is gekomen onder invloed van bedrog, kan dat grond opleveren voor het oordeel dat het vonnis, of de wijze waarop het vonnis tot stand kwam, in strijd is met de openbare orde zoals bedoeld in art. 1065 lid 1onder e (oud) Rv. Een partij kan in een vernietigingsprocedure dus op deze grond vernietiging van een arbitraal vonnis vorderen (HR 5 november 2021, ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.