M en R 2021/11
Handhaving. Herstelsancties. Afwijzingsbesluit. Heroverweging. Nieuwe feiten en omstandigheden. Illegaal gekapt hout. Stelsel zorgvuldigheidseisen.
- Instantie
Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State
- Datum
28 oktober 2020
- Magistraten
Van Ettekoven, Simons, Verheij, Jurgens, Koopmans
- Zaaknummer
201903064/1/A3
- Noot
W.Th. Douma
- Folio weergave
- JCDI
JCDI:ADS248635:1
- Vakgebied(en)
Milieurecht / Algemeen
Milieurecht / Inrichtingen en activiteiten - vergunningen
- Brondocumenten
ECLI:NL:RVS:2020:2571, Uitspraak, Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State, 28‑10‑2020
- Wetingang
(Art. 2, 4, 6, 8, 19 Verordening (EU) nr. 995/2010 van het Europees Parlement en de Raad tot vaststelling van de verplichtingen van marktdeelnemers die hout en houtproducten op de markt brengen; art. 2, 6 Uitvoeringsverordening (EU) nr. 607/2012 van de Commissie houdende gedetailleerde voorschriften betreffende het stelsel van zorgvuldigheidseisen en de frequentie en de aard van de controles op de toezichthoudende organisaties overeenkomstig Verordening (EU) nr. 995/2010; art. 4.7, 4.8, 7.2, 7.5, 7.6, 9.10 Wnb; art. 4.1 Rnb)
Essentie
Handhaving. Herstelsancties. Afwijzingsbesluit. Heroverweging. Nieuwe feiten en omstandigheden. Illegaal gekapt hout. Stelsel zorgvuldigheidseisen.
Samenvatting
Greenpeace had de Minister van LNV in 2014 verzocht handhavend op te treden tegen meerdere Nederlandse houtbedrijven die volgens de milieuorganisatie in strijd met de Europese Houtverordening illegaal gekapt hout uit de Amazone op de Nederlandse markt brachten. Dat resulteerde slechts in waarschuwingen van de minister, zonder dat er sancties werden opgelegd. Nadat bezwaar hiertegen werd afgewezen volgden diverse rechtszaken, waarin een aantal eisen van Greenpeace door de rechter werden toegewezen en de minister werd opgedragen een nieuw besluit op bezwaar te ...