Einde inhoudsopgave
Verordening (EU) 2024/1348 tot vaststelling van een gemeenschappelijke procedure voor internationale bescherming in de Unie en tot intrekking van Richtlijn 2013/32/EU
Artikel 37 Afwijzing van een verzoek en uitvaardiging van een terugkeerbesluit
Geldend
Geldend vanaf 11-06-2024
- Bronpublicatie:
14-05-2024, PbEU L 2024, 2024/1348 (uitgifte: 22-05-2024, regelingnummer: 2024/1348)
- Inwerkingtreding
11-06-2024
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
14-05-2024, PbEU L 2024, 2024/1348 (uitgifte: 22-05-2024, regelingnummer: 2024/1348)
- Vakgebied(en)
Vreemdelingenrecht / Algemeen
Wanneer een verzoek wordt afgewezen als niet-ontvankelijk, ongegrond of kennelijk ongegrond ten aanzien van zowel de vluchtelingenstatus als de subsidiairebeschermingsstatus, of als impliciet of expliciet ingetrokken, vaardigen de lidstaten een terugkeerbesluit uit dat in overeenstemming is met Richtlijn 2008/115/EG en het beginsel van non-refoulement. Indien reeds voordat een verzoek om internationale bescherming werd gedaan, een terugkeerbesluit of een ander besluit waarin een terugkeerverplichting is opgelegd, werd uitgevaardigd, is het terugkeerbesluit uit hoofde van dit artikel niet vereist. Het terugkeerbesluit wordt uitgevaardigd als onderdeel van de beslissing tot afwijzing van het verzoek om internationale bescherming, of in een afzonderlijke handeling. Een terugkeerbesluit dat als een afzonderlijke handeling wordt uitgevaardigd, wordt hetzij samen met, hetzij zonder onnodige vertraging na de beslissing tot afwijzing van het verzoek om internationale bescherming uitgevaardigd.