Einde inhoudsopgave
Netcode elektriciteit
Artikel 11.2
Geldend
Geldend vanaf 27-08-2024
- Bronpublicatie:
22-08-2024, Stcrt. 2024, 27805 (uitgifte: 26-08-2024, regelingnummer: ACM/UIT/617134)
- Inwerkingtreding
27-08-2024
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
22-08-2024, Stcrt. 2024, 27805 (uitgifte: 26-08-2024, regelingnummer: ACM/UIT/617134)
- Vakgebied(en)
Energierecht / Distributie
1.
Indien de netbeheerder van het landelijk hoogspanningsnet overeenkomstig artikel 10.10, eerste lid, besluit tot intrekking van de erkenning van een BRP en tevens, overeenkomstig artikel 11.1, tweede lid, besluit tot opschorting van deze intrekking, stelt de netbeheerder van het landelijk hoogspanningsnet, in afwijking van artikel 10.10, tweede lid, onverwijld na het besluit tot opschorting de overige netbeheerders, BRP's leveranciers, meetverantwoordelijken en de Autoriteit Consument en Markt daarvan in kennis, onder vermelding van de tijdstippen waarop de opschorting eindigt en de kennisgeving als bedoeld in artikel 11.3, eerste lid, onderdeel a en b, uiterlijk plaatsvindt.
2.
In geval van toepassing van het eerste lid, communiceren de netbeheerders de in het eerste lid bedoelde opschorting en intrekking, inclusief geldende reactietermijnen onverwijld aan:
- a.
de betreffende leveranciers, indien deze overeenkomstig artikel 10.4, vijfde lid, zijn gemachtigd de balanceringsverantwoordelijkheid voor grootverbruikers te regelen;
- b.
de leveranciers die de balanceringsverantwoordelijkheid hebben geregeld op grond van artikel 95a, eerste lid of artikel 95n van de Elektriciteitswet 1998;
- c.
de betreffende grootverbruikers, indien geen sprake is van machtiging van een leverancier voor het regelen van de balanceringsverantwoordelijkheid;
- d.
de betreffende meetverantwoordelijken.
3.
De in het tweede lid, onderdeel a, bedoelde gemachtigde leveranciers stellen de grootverbruikers die hen gemachtigd hebben onverwijld in kennis van de in het eerste lid bedoelde opschorting en intrekking.
4.
Indien het volgens het eerste lid, tot opschorting van de intrekking van de erkenning van de betreffende BRP leidt, worden gedurende de opschorting alle individuele verzoeken tot overdracht van balanceringsverantwoordelijkheid naar de wegvallende BRP geweigerd.
5.
Indien de netbeheerder van het landelijk hoogspanningsnet besluit tot intrekking van de erkenning en over te gaan tot een verdeling als bedoeld in artikel 11.3, eerste lid, onderdelen c en d, worden individuele verzoeken tot overdracht van de balanceringsverantwoordelijkheid van de wegvallende BRP naar een andere BRP geweigerd.