Einde inhoudsopgave
Landsverordening op de Loonbelasting 1976 [Curaçao]
Artikel 9 [Anonieme werknemers en buitenlandse artiesten]
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2017
- Redactionele toelichting
Lid 1 en 2 zijn in werking getreden.
- Bronpublicatie:
15-07-2016, Publicatieblad van Curaçao 2016, 37 (uitgifte: 22-07-2016, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
01-01-2017
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
03-08-2016, Publicatieblad van Curaçao 2016, 57 (uitgifte: 02-09-2016, regelingnummer: 16/2178)
- Vakgebied(en)
Belastingen overzeese Koninkrijksdelen / Curaçao
1.
In afwijking van het in artikel 8 bepaalde wordt de belasting berekend op basis van het hoogste tarief genoemd in de tabel van artikel 24, eerste lid, van de Landsverordening op de inkomstenbelasting 1943 ingeval:
- a.
de werknemer zijn naam, adres of woonplaats niet aan de inhoudingsplichtige heeft verstrekt;
- b.
de inhoudingsplichtige bij een werknemer die loon uit tegenwoordige arbeid geniet diens identiteit niet heeft vastgesteld en opgenomen in de loonadministratie overeenkomstig artikel 19A, eerste lid;
- c.
de werknemer ter zake van de onderdelen a en b onjuiste gegevens heeft verstrekt en de inhoudingsplichtige dit wist of redelijkerwijs had moeten weten.
2.
In afwijking van het in artikel 8 bepaalde wordt de belasting ten aanzien van de buiten Curaçao wonende artiest die een overeenkomst van korte duur om als artiest op te treden is aangegaan berekend op basis van het laagste tarief genoemd in de tabel van artikel 24, eerste lid, van de Landsverordening op de inkomstenbelasting 1943 over de overeengekomen vergoedingen verminderd met de in artikel 6F, eerste lid, onderdeel n, bedoelde bedragen.
3.
In afwijking van het in artikel 8 bepaalde bedraagt het tarief ten aanzien van uitkeringen ten laste van een lijfrentespaarrekening of een lijfrentebeleggingsrekening als bedoeld in artikel 16AA van de Landsverordening op de inkomstenbelasting 1943 19,5 procent. Ingeval van een gebeurtenis als bedoeld in artikel 16AA, elfde lid, van even genoemde landsverordening is in afwijking van de vorige volzin het tarief gelijk aan het hoogste tarief van de tabel genoemd in artikel 24, eerste lid, van de Landsverordening op de inkomstenbelasting 1943. Tevens is dan een boete verschuldigd ten bedrage van 25 procent van het saldo van de lijfrentespaarrekening of de lijfrentebeleggingsrekening, welke tegelijkertijd met de belasting door de inhoudingsplichtige moet worden ingehouden en afgedragen. In afwijking van de vorige volzin komt, in geval van een gebeurtenis als bedoeld in artikel 16AA, elfde lid, onderdeel c, de boete voor rekening van de inhoudingsplichtige en moet door deze worden voldaan zonder inhouding op het saldo van de rekening.