NJB 2022/2380:Cao. Internationaal wegvervoer. Detacheringsrichtlijn. Vervolg op HR 14 december 2018, ECLI:NL:HR:2018:2322 en HvJ EU 1 december 2020, ECLI:EU:C:2020:976. Een concern van vennootschappen heeft Nederlandse, Duitse en Hongaarse chauffeurs in dienst. Op de Duitse en Hongaarse chauffeurs wordt de cao niet toegepast. Hoge Raad: 1. Op het grondgebied van een lidstaat. Beslissend is of sprake is van een voldoende nauwe band tussen het werk dat de werknemer tijdelijk verricht en het grondgebied van de lidstaat waar hij dat werk verricht. 2. Cabotagevervoer. Een werknemer die cabotagevervoer verricht, moet in beginsel worden geacht ter beschikking te zijn gesteld op het grondgebied waar dat wordt verricht. 3. Algemeen verbindend. Het hof heeft geen blijk gegeven van een onjuiste rechtsopvatting door te oordelen dat de situatie op één lijn moet worden gesteld met het geval dat de cao algemeen verbindend zou zijn verklaard.

NJB 2022/2380

Cao. Internationaal wegvervoer. Detacheringsrichtlijn. Vervolg op HR 14 december 2018, ECLI:NL:HR:2018:2322 en HvJ EU 1 december 2020, ECLI:EU:C:2020:976. Een concern van vennootschappen heeft Nederlandse, Duitse en Hongaarse chauffeurs in dienst. Op de Duitse en Hongaarse chauffeurs wordt de cao niet toegepast. Hoge Raad: 1. Op het grondgebied van een lidstaat. Beslissend is of sprake is van een voldoende nauwe band tussen het werk dat de werknemer tijdelijk verricht en het grondgebied van de lidstaat waar hij dat werk verricht. 2. Cabotagevervoer. Een werknemer die cabotagevervoer verricht, moet in beginsel worden geacht ter beschikking te zijn gesteld op het grondgebied waar dat wordt verricht. 3. Algemeen verbindend. Het hof heeft geen blijk gegeven van een onjuiste rechtsopvatting door te oordelen dat de situatie op één lijn moet worden gesteld met het geval dat de cao algemeen verbindend zou zijn verklaard.

Documentgegevens:

HR 14-10-2022, ECLI:NL:HR:2022:1430

Instantie: Hoge Raad
Datum: 14 oktober 2022
Magistraten: Mrs. M.V. Polak, C.H. Sieburgh, H.M. Wattendorff, F.J.P. Lock, S.J. Schaafsma
Zaaknummer: 17/03685
Folio weergave: Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
Vakgebied(en): Civiel recht algemeen (V)
Vervoersrecht (V)
Arbeidsrecht (V)
Internationaal privaatrecht (V)
Brondocumenten: ECLI:NL:HR:2022:1430, Uitspraak, Hoge Raad, 14‑10‑2022
ECLI:NL:PHR:2022:348, Conclusie, Hoge Raad (Parket), 08‑04‑2022
ECLI:NL:HR:2018:2322, Uitspraak, Hoge Raad, 14‑12‑2018
ECLI:NL:HR:2018:2174, Uitspraak, Hoge Raad, 23‑11‑2018
ECLI:NL:PHR:2018:943, Conclusie, Hoge Raad (Parket), 07‑09‑2018
Beroepschrift, Hoge Raad, 06‑09‑2017
Wetingang: (art. 56 VWEU, art. 1 lid 1, 3 en 8, art. 2 lid 1 Detacheringsrichtlijn)

Essentie

Cao. Internationaal wegvervoer. Detacheringsrichtlijn. Vervolg op HR 14 december 2018, ECLI:NL:HR:2018:2322 en HvJ EU 1 december 2020, ECLI:EU:C:2020:976. Een concern van vennootschappen heeft Nederlandse, Duitse en Hongaarse chauffeurs in dienst. Op de Duitse en Hongaarse chauffeurs wordt de cao niet toegepast. Hoge Raad: 1. Op het grondgebied van een lidstaat. Beslissend is of sprake is van een voldoende nauwe band tussen het werk dat de werknemer tijdelijk verricht en het grondgebied van de lidstaat waar hij dat werk verricht. 2. Cabotagevervoer. Een werknemer die cabotagevervoer verricht, moet in beginsel worden geacht ter beschikking ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.