Einde inhoudsopgave
RvdW 2023/190
Erfrecht. Vereffening nalatenschap; intrekking tussentijdse uitdelingslijst (art. 4:218 lid 1 BW) door vereffenaar? Geen recht op tussentijdse uitdeling; geen rechtsmiddel tegen intrekking.
HR 03-02-2023, ECLI:NL:HR:2023:145
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
3 februari 2023
- Magistraten
Mrs. T.H. Tanja-van den Broek, C.E. du Perron, H.M. Wattendorff, F.R. Salomons, K. Teuben
- Zaaknummer
21/05303
- Conclusie
A-G mr. M.L.C.C. Lückers
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Erfrecht / Bijzondere onderwerpen
Erfrecht / Gevolgen erfopvolging
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2023:145, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 03‑02‑2023
ECLI:NL:PHR:2022:540, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 03‑06‑2022
Beroepschrift, Hoge Raad, 23‑12‑2021
- Wetingang
Art. 4:208, 4:210, 4:218 BW; art. 180 Fw
Essentie
Erfrecht. Vereffening nalatenschap; intrekking tussentijdse uitdelingslijst (art. 4:218 lid 1 BW) door vereffenaar? Geen recht op tussentijdse uitdeling; geen rechtsmiddel tegen intrekking.
Samenvatting
In het kader van de vereffening van een nalatenschap op de voet van afdeling 3 van titel 6 van Boek 4 BW — evenals in faillissement, waar deze mogelijkheid onder meer tot uitdrukking komt in art. 180 lid 1 Fw — bestaat ruimte voor de mogelijkheid van tussentijdse uitdelingen op basis van een tussentijdse uitdelingslijst. Nadat de uitdelingslijst op de voet van art. 4:218 lid 1 BW is neergelegd ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.