Einde inhoudsopgave
Besluit rechtspositie korps politie BES
Artikel 1
Geldend
Geldend vanaf 16-10-2024. Let op: treedt met terugwerkende kracht in werking vanaf 01-01-2024
- Bronpublicatie:
18-09-2024, Stb. 2024, 281 (uitgifte: 15-10-2024, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
16-10-2024, terugwerkend tot: 01-01-2024
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
18-09-2024, Stb. 2024, 281 (uitgifte: 15-10-2024, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Ambtenarenrecht / Aanstelling
Ambtenarenrecht / Arbeidstijden
Ambtenarenrecht / Bezoldiging
Politierecht / Bijzondere onderwerpen
Ambtenarenrecht / Disciplinaire straffen
Ambtenarenrecht / Functiewaardering
Ambtenarenrecht / Ontslag
Ambtenarenrecht / Verlof
Ambtenarenrecht / Ziekte
1.
In dit besluit wordt verstaan onder:
- a.
Onze Minister: Onze Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties;
- b.
[Vervallen]
- c.
ambtenaar van politie: de ambtenaar aangesteld voor de uitvoering van de politietaak, de aspirant, de vrijwillige ambtenaar van politie aangesteld voor de uitvoering van de politietaak, de vrijwillige ambtenaar in opleiding en de ambtenaar aangesteld voor de uitvoering van technische, administratieve en andere taken ten dienste van de politie;
- d.
aspirant: degene die toegelaten is tot de basisopleiding;
- e.
ambtenaar aangesteld voor de uitvoering van de politietaak: de ambtenaar, bedoeld in artikel 3, onder a, van de Rijkswet politie van Curaçao, van Sint Maarten en van Bonaire, Sint Eustatius en Saba, met uitzondering van de aspirant;
- f.
ambtenaar aangesteld voor de uitvoering van technische, administratieve en andere taken ten dienste van de politie: de ambtenaar, bedoeld in artikel 3, onder b, van de Rijkswet politie van Curaçao, van Sint Maarten en van Bonaire, Sint Eustatius en Saba;
- f1.
vrijwillige ambtenaar aangesteld voor de uitvoering van de politietaak: de ambtenaar, bedoeld in artikel 3, onder c, van de Rijkswet politie van Curaçao, van Sint Maarten en van Bonaire, Sint Eustatius en Saba;
- f2.
vrijwillige ambtenaar in opleiding: degene die door Onze Minister is benoemd tot vrijwillige ambtenaar in opleiding en die is toegelaten tot de opleiding tot vrijwillige ambtenaar van politie;
- f3.
vrijwillige ambtenaar van politie: de vrijwillige ambtenaar aangesteld voor de uitvoering van de politietaak en de vrijwillige ambtenaar in opleiding;
- g.
volledige betrekking: een betrekking met een arbeidstijd van gemiddeld 36 uur per week;
- h.
deelbetrekking: een betrekking met een arbeidstijd van gemiddeld minder dan 36 uur per week;
- i.
bezoldiging: het loon van de ambtenaar aangesteld voor de uitvoering van de politietaak, de aspirant en de ambtenaar aangesteld voor de uitvoering van technische, administratieve en andere taken met inachtneming van de bepalingen bij of krachtens het Bezoldigingsbesluit 1998 BES vastgesteld;
- j.
bezoldigingsschaal: een als zodanig bij ministeriële regeling vastgestelde, van een volgnummer voorziene reeks van bedragen;
- k.
bezoldigingstrede: elk afzonderlijk binnen een bezoldigingsschaal opgenomen bezoldigingsbedrag;
- l.
detachering: een tijdelijke tewerkstelling elders dan bij het korps waar de ambtenaar van politie is geplaatst;
- m.
plaats van tewerkstelling: het gebouw, het gebouwencomplex, het terrein of het vaartuig dat de ambtenaar van politie voor de normale uitoefening van zijn functie is aangewezen, en bij gebrek aan een dergelijke aanwijzing, het gebouw, het gebouwencomplex, het terrein of het vaartuig waar hij gewoonlijk zijn functie uitoefent;
- n.
werkgebied: het openbaar lichaam Bonaire, Sint Eustatius of Saba;
- o.
functie: het samenstel van werkzaamheden door de ambtenaar in zijn ambt te verrichten krachtens en overeenkomstig hetgeen hem door Onze Minister uitdrukkelijk of impliciet is opgedragen;
- p.
maximum-bezoldiging: het bedrag behorende bij de hoogste bezoldigingstrede van een bezoldigingsschaal, waarvan de volgnummeraanduiding uitsluitend uit een getal bestaat;
- q.
levensfaseverlof: levensfaseverlof, bedoeld in artikel 37d;
- r.
Sectorale Overlegcommissie BES: de Sectorale Overlegcommissie Bonaire, Sint Eustatius en Saba, genoemd in artikel 2.1, eerste lid, van het Besluit overlegstelsel BES.
2.
In dit besluit wordt onder weduwe of weduwnaar mede verstaan de achtergebleven levenspartner met wie de overleden niet gehuwde ambtenaar een gemeenschappelijke huishouding voerde. Slechts één persoon kan als levenspartner worden aangemerkt.