RvdW 2019/458
Staatssteun. Belasting op de verwerving van onroerend goed. Vrijstelling. Overgang van de eigendom van onroerende goederen wegens omzettingen binnen bepaalde concerns. Begrip 'staatssteun’.
- Instantie
Hof van Justitie van de Europese Unie
- Datum
19 december 2018
- Magistraten
K. Lenaerts, R. Silva de Lapuerta, J.-C. Bonichot, A. Arabadjiev, A. Prechal, M. Vilaras, F. Biltgen, K. Jürimäe, C. Lycourgos, M. Ilešič, J. Malenovský, E. Levits, L. Bay Larsen, C.G. Fernlund, S. Rodin
- Zaaknummer
C-374/17
- Conclusie
A-G H. Saugmandsgaard Øe
- Roepnaam
A-Brauerei
- Folio weergave
- Vakgebied(en)
Mededingingsrecht / EU-mededingingsrecht
Staatssteun (V)
- Brondocumenten
ECLI:EU:C:2018:1024, Uitspraak, Hof van Justitie van de Europese Unie, 19‑12‑2018
ECLI:EU:C:2018:741, Conclusie, Hof van Justitie van de Europese Unie (Advocaat-Generaal), 19‑09‑2018
- Wetingang
Art. 107 lid 1 VWEU
Essentie
Finanzamt B tegen A‑Brauerei, in tegenwoordigheid van: Bundesministerium der Finanzen.
Verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door het Bundesfinanzhof (hoogste federale rechter in belastingzaken, Duitsland) bij beslissing van 30 mei 2017.
Staatssteun. Belasting op de verwerving van onroerend goed. Vrijstelling. Overgang van de eigendom van onroerende goederen wegens omzettingen binnen bepaalde concerns. Begrip 'staatssteun’. Selectiviteitsvoorwaarde. Rechtvaardiging.
Art. 107, lid 1, VWEU moet aldus worden uitgelegd dat niet aan de selectiviteitsvoorwaarde van die bepaling is voldaan in geval van een belastingvoordeel als aan de orde in het hoofdgeding, dat erin bestaat dat de eigendomsovergang van ...