Einde inhoudsopgave
Besluit collectieve compensatieregelingen voor beleggingsverzekeringen
Goedkeuring
Geldend
Geldend vanaf 24-12-2011
- Bronpublicatie:
20-12-2011, Stcrt. 2011, 23113 (uitgifte: 23-12-2011, regelingnummer: BLKB2011/1954M)
- Inwerkingtreding
24-12-2011
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
20-12-2011, Stcrt. 2011, 23113 (uitgifte: 23-12-2011, regelingnummer: BLKB2011/1954M)
- Vakgebied(en)
Inkomstenbelasting / Inkomen uit werk en woning (box 1) - niet-winst
Inkomstenbelasting / Vermogensrendementsheffing (box 3)
Deze gevolgen van de overschrijding van de bandbreedte louter als gevolg van de getroffen compensatieregeling acht ik ongewenst. Daarom keur ik met toepassing van artikel 63 van de Algemene wet inzake rijksbelastingen (hardheidsclausule) het volgende goed. In voorkomende situaties komt het overschrijden van de bandbreedte louter door het verlagen van de premie als gevolg van de compensatieregeling, niet in strijd met de voorwaarden voor vrijstelling van de kapitaalsuitkering. Als een belastingplichtige van deze compensatieregeling gebruik maakt, moet hij voor de bandbreedte-eis als laagste premie uitgaan van de premie zoals die op grond van de regeling is overeengekomen als die premie lager is dan de oorspronkelijk overeengekomen laagste premie. Voor de toepassing van de bandbreedte-eis voor de toekomst geldt het tienvoud van de nieuwe laagste premie als toegestane nieuwe hoogste premie.
Ook voor de werking van de bepalingen met eerbiedigende werking voor kapitaalverzekeringen — bijvoorbeeld artikel 76 van de Wet op de inkomstenbelasting 1964 en de relevante bepalingen van de Invoeringswet Wet inkomstenbelasting 2001 — kan verlaging van kosten en van de premie voor de dekking van het risico van vroegtijdig overlijden gevolgen hebben. Voor de toepassing van die bepalingen moeten de (premie voor de) verzekerde uitkering bij leven en ten gevolge van overlijden namelijk separaat worden beoordeeld. Als op grond van een compensatieregeling de premie voor het overlijdensgedeelte wordt verlaagd, waarbij de in totaal verschuldigde premie gelijk blijft, wordt per saldo in de toekomst een hogere premie voldaan voor de uitkering bij leven. Als gevolg hiervan kan in een aantal gevallen het recht op eerbiedigende werking verloren gaan.