Einde inhoudsopgave
Verdrag inzake de internationale inning van levensonderhoud voor kinderen en andere familieleden
Artikel 59 Regionale organisaties voor economische integratie
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2013
- Bronpublicatie:
23-11-2007, Trb. 2011, 144 (uitgifte: 19-08-2011, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
01-01-2013
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
16-03-2021, Trb. 2021, 34 (uitgifte: 16-03-2021, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Personen- en familierecht / Alimentatie
Internationaal privaatrecht / Internationaal erkennings- en executierecht
1.
Een regionale organisatie voor economische integratie die alleen uit soevereine staten is samengesteld en die bevoegd is ter zake van sommige of alle aangelegenheden die in dit Verdrag worden geregeld, kan dit Verdrag ook ondertekenen, aanvaarden, goedkeuren of hiertoe toetreden. In dat geval heeft de regionale organisatie voor economische integratie de rechten en verplichtingen van een verdragsluitende staat, voor zover de organisatie bevoegd is ter zake van de aangelegenheden waarop het Verdrag van toepassing is.
2.
Op het tijdstip van ondertekening, aanvaarding, goedkeuring of toetreding stelt de regionale organisatie voor economische integratie de depositaris schriftelijk in kennis van de in dit Verdrag geregelde aangelegenheden ter zake waarvan bevoegdheid aan die organisatie door haar lidstaten is overgedragen. De organisatie stelt de depositaris onverwijld schriftelijk in kennis van wijzigingen van haar bevoegdheid als vermeld in de meest recente kennisgeving krachtens dit lid.
3.
Op het tijdstip van ondertekening, aanvaarding, goedkeuring of toetreding kan een regionale organisatie voor economische integratie in overeenstemming met artikel 63 verklaren dat zij bevoegdheid uitoefent ter zake van alle aangelegenheden waarop dit Verdrag van toepassing is en dat haar lidstaten die hun bevoegdheid op dat gebied hebben overgedragen aan de regionale organisatie voor economische integratie, door dit Verdrag gebonden zullen zijn krachtens de ondertekening, aanvaarding, goedkeuring of toetreding door de organisatie.
4.
Voor de inwerkingtreding van dit Verdrag wordt een door een regionale organisatie voor economische integratie nedergelegde akte niet meegeteld, tenzij de regionale organisatie voor economische integratie een verklaring aflegt in overeenstemming met het derde lid.
5.
Elke verwijzing in dit Verdrag naar een ‘verdragsluitende staat’ of naar een ‘staat’ is in voorkomend geval eveneens van toepassing op een regionale organisatie voor economische integratie die partij is bij het Verdrag. In het geval dat een regionale organisatie voor economische integratie een verklaring in overeenstemming met het derde lid heeft afgelegd, zijn alle verwijzingen in dit Verdrag naar een ‘verdragsluitende staat’ of een ‘staat’ in voorkomend geval eveneens van toepassing op de desbetreffende lidstaten van de organisatie.