RvdW 2018/433
De betrokkene heeft, zonder nadere toelichting, die in de schriftuur ontbreekt, in casu geen in rechte te respecteren belang bij de klacht dat in de einduitspraak van het hof een uitdrukkelijke beslissing ontbreekt omtrent het herhaalde verzoek tot het horen van getuigen.
HR 20-03-2018, ECLI:NL:HR:2018:389
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
20 maart 2018
- Magistraten
Mrs. W.A.M. van Schendel, Y. Buruma, V. van den Brink
- Zaaknummer
16/03234 P
- Conclusie
A-G mr. F.W. Bleichrodt
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2018:389, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 20‑03‑2018
ECLI:NL:PHR:2018:64, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 30‑01‑2018
Essentie
De betrokkene heeft, zonder nadere toelichting, die in de schriftuur ontbreekt, in casu geen in rechte te respecteren belang bij de klacht dat in de einduitspraak van het hof een uitdrukkelijke beslissing ontbreekt omtrent het herhaalde verzoek tot het horen van getuigen.
Partij(en)
20 maart 2018
Strafkamer
nr. S 16/03234 P
Vpe/LBS
Hoge Raad der Nederlanden
Arrest
op het beroep in cassatie tegen een uitspraak van het Gerechtshof Amsterdam van 15 juni 2016, nummer 23/002897-13, op een vordering tot ontneming van wederrechtelijk verkregen voordeel ten laste van:
[betrokkene] , geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum] 1973. ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.