Einde inhoudsopgave
Aanpassingswet Wnra
Artikel 11.3 Overgangsrecht reorganisaties
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2020
- Bronpublicatie:
17-04-2019, Stb. 2019, 173 (uitgifte: 16-05-2019, kamerstukken: 35073)
- Inwerkingtreding
01-01-2020
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
24-10-2019, Stb. 2019, 385 (uitgifte: 06-11-2019, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Ambtenarenrecht / Algemeen
Arbeidsrecht / Arbeidsovereenkomstenrecht
Ambtenarenrecht / Arbeidsvoorwaarden
1.
Indien een rechtspersoon als bedoeld in artikel 615 van Boek 7 van het Burgerlijk Wetboek, zoals dat luidde op de dag voorafgaand aan het tijdstip van inwerkingtreding van artikel I van de Wet normalisering rechtspositie ambtenaren, na dat tijdstip aan een commissie als bedoeld in artikel 671a, tweede lid, van Boek 7 van het Burgerlijk Wetboek, verzoekt om toestemming voor opzegging op grond van artikel 669, derde lid, onderdeel a, van dat boek van de arbeidsovereenkomst van een werknemer, ten aanzien van wie door een bestuursorgaan binnen die rechtspersoon voor dat tijdstip een besluit is genomen waarin die werknemer boventallig is verklaard, blijven daarop de materiële voorschriften van toepassing die ten tijde van dat besluit voor dat bestuursorgaan golden.
2.
Ten aanzien van een verzoek van de werkgever als bedoeld in artikel 671b, eerste lid, onderdeel b, van Boek 7 van het Burgerlijk Wetboek of een verzoek van de werknemer als bedoeld in artikel 681 of artikel 682 van dat boek, dat betrekking heeft op een arbeidsovereenkomst waarvoor met toepassing van het eerste lid is verzocht om toestemming voor opzegging, dan wel de tegen een beschikking op voornoemde verzoeken ingestelde rechtsmiddelen, blijven de in het eerste lid bedoelde materiële voorschriften van toepassing.