RvdW 2016/433:Medeplegen overval. Bewijsvoering biedt onvoldoende grond voor diens oordeel dat verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan een poging tot het ‘medeplegen’ van diefstal met geweld jegens aangever. T.a.v. verdachtes rol daarbij kan uit de bewijsvoering niet meer worden afgeleid dan dat hij in dat verband voorafgaand aan de overval de voordeur van de woning van aangever open heeft laten staan, zodat de medeverdachten zich toegang tot die woning konden verschaffen. Het behoeft nadere motivering waarom zo een gedraging, die doorgaans met medeplichtigheid in verband pleegt te worden gebracht, als een ‘cruciaal element in de uitvoering van de overval’ en daarmee als een toereikende grondslag voor een poging tot het ‘medeplegen’ van diefstal met geweld kan worden aangemerkt.