Grensoverschrijdende juridische splitsing van kapitaalvennootschappen
Einde inhoudsopgave
Grensoverschrijdende juridische splitsing van kapitaalvennootschappen (VDHI nr. 122) 2014/3.9.12:3.9.12 Van kracht worden en inschrijving splitsing
Grensoverschrijdende juridische splitsing van kapitaalvennootschappen (VDHI nr. 122) 2014/3.9.12
3.9.12 Van kracht worden en inschrijving splitsing
Documentgegevens:
mr. E.R. Roelofs, datum 01-04-2014
- Datum
01-04-2014
- Auteur
mr. E.R. Roelofs
- JCDI
JCDI:ADS433297:1
- Vakgebied(en)
Ondernemingsrecht / Europees ondernemingsrecht
Ondernemingsrecht / Rechtspersonenrecht
Toon alle voetnoten
Voetnoten
Voetnoten
Kamerstukken II, 1980-1981, 16 453, nr. 3 (Memorie van toelichting), p. 13.
Kamerstukken II, 1995-1996, 24 702, nr. 3 (Memorie van toelichting), p. 16.
Zie bijvoorbeeld artikel 33 lid 5 Kadasterwet.
Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
De splitsing wordt van kracht met ingang van de dag na die waarop de akte van splitsing is verleden (artikel 2:334n BW). Dat betekent dat, wanneer de akte is verleden op 31 december, de splitsing van kracht wordt met ingang van 1 januari, 0.00 uur. De Zesde richtlijn bepaalt in artikel 15 dat lidstaten zelf de mogelijkheid hebben te bepalen op welk moment de splitsing (juridisch) van kracht wordt. Het juridisch van kracht worden van de splitsing staat los van het moment waarop de splitsing boekhoudkundig/economisch van kracht wordt.
Helaas heeft de Nederlandse wetgever voor een nogal starre benadering gekozen wat betreft het van kracht worden van splitsing. Een splitsing die van kracht wordt onder voorwaarde of tijdsbepaling is naar Nederlands recht niet mogelijk. In de Memorie van toelichting bij de splitsingswetgeving is, evenals in de Memorie van toelichting bij de fusiewetgeving,1 niet gemotiveerd waarom gekozen is voor het van kracht worden met ingang van de dag die volgt op de dag waarop de akte van splitsing is verleden. Bij de totstandkoming van de splitsingswetgeving is slechts gememoreerd dat wat dit betreft is aangesloten bij de regeling omtrent fusie.2 Het zou aanbevelenswaardig zijn wanneer artikel 2:334n lid 1 BW in die zin wordt gewijzigd dat splitsing – evenals fusie – van kracht kan worden onder een in de notariële akte van splitsing opgenomen voorwaarde of tijdsbepaling.
Nadat de splitsing van kracht is geworden, moet de splitsing worden ingeschreven in het handelsregister en in eventuele openbare registers. De inschrijving van de splitsing in het handelsregister is geen constitutief vereiste voor het van kracht worden van de splitsing en de inschrijving in openbare registers is geen constitutief vereiste voor de overgang van vermogensbestanddelen van de gesplitste rechtspersoon op de verkrijgende rechtspersoon of rechtspersonen.
Elke verkrijgende rechtspersoon en de gesplitste rechtspersoon, mits die na de splitsing voortbestaat, moet de splitsing binnen acht dagen na het verlijden van de akte van splitsing inschrijven in het handelsregister (artikel 2:334n lid 3 BW). De gesplitste rechtspersoon kan de splitsing niet meer inschrijven, indien die als gevolg van de splitsing is opgehouden te bestaan. In dat geval zijn elk van de verkrijgende rechtspersonen tot inschrijving verplicht.
Ten gevolge van de splitsing kunnen goederen onder algemene titel zijn overgegaan op een verkrijgende rechtspersoon, zonder dat daarvoor een inschrijving is vereist in een openbaar register, hetgeen anders is bij een overdracht onder bijzondere titel. In artikel 2:334n lid 4 BW is daarom bepaald dat de verkrijgende rechtspersoon, voor zover het goederen betreft die op hem zijn overgegaan, binnen een maand na de splitsing opgave moet doen aan de beheerder van openbare registers waarin overgang van rechten of de splitsing kan worden ingeschreven. Hierbij kan gedacht worden aan de inschrijving van de overgang van onroerende zaken.3