RF 2010/70
Aansprakelijkheid toezichthouder. Betrouwbaarheidstoetsing. In hoeverre zijn DNB en de AFM aansprakelijk voor het ten onrechte heenzenden van bestuurders van een financiële onderneming? Welk gewicht moet daarbij worden toegekend aan een oordeel van de strafrechter dat afwijkt van het oordeel van de hoogste bestuursrechter? (Bestuurders VPV/DNB en AFM)
Hof Amsterdam 15-06-2010, ECLI:NL:GHAMS:2010:BN2244
- Instantie
Hof Amsterdam
- Datum
15 juni 2010
- Magistraten
Mrs. J.C. Toorman, G.J. Visser, C.C.W. Lange
- Zaaknummer
200.034.466/01
- LJN
BN2244
- JCDI
JCDI:ADS874691:1
- Vakgebied(en)
Financieel recht / Financieel toezicht (juridisch)
Verbintenissenrecht / Aansprakelijkheid
Verbintenissenrecht / Onrechtmatige daad
Ondernemingsrecht / Rechtspersonenrecht
- Brondocumenten
ECLI:NL:GHAMS:2010:BN2244, Uitspraak, Hof Amsterdam, 15‑06‑2010
- Wetingang
Essentie
Aansprakelijkheid toezichthouder. Betrouwbaarheidstoetsing.
In hoeverre zijn DNB en de AFM aansprakelijk voor het ten onrechte heenzenden van bestuurders van een financiële onderneming? Welk gewicht moet daarbij worden toegekend aan een oordeel van de strafrechter dat afwijkt van het oordeel van de hoogste bestuursrechter?
Samenvatting
Eisers zijn twee voormalige bestuurders van VPV Bankiers N.V. (VPV). In april 2003 hebben DNB en de AFM aan VPV een aanwijzing gegeven strekkende tot heenzending van beide bestuurders, aangezien hun betrouwbaarheid naar het oordeel van de toezichthouders niet langer buiten twijfel stond wegens handel met voorwetenschap. Het CBB heeft deze aanwijzingsbesluiten ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.