AB 2015/104
Herzieningsverzoek Wajong-uitkering voor de toekomst. Niet kan worden volstaan met de beantwoording van de vraag of appellant (tijdig) nieuw gebleken feiten of veranderde omstandigheden in de zin van art. 4:6 Awb heeft vermeld. Het bestreden besluit is niet voldoende zorgvuldig voorbereid en evenmin toereikend gemotiveerd. De Raad draagt het Uwv op om de gebreken in het bestreden besluit te herstellen.
CRvB 14-01-2015, ECLI:NL:CRVB:2015:1, m.nt. F.P. Krijnen
- Instantie
Centrale Raad van Beroep
- Datum
14 januari 2015
- Magistraten
Mrs. M.M. van der Kade, T.L. de Vries, P.J. Stolk.
- Zaaknummer
12/6324 WAJONG-T
- Noot
F.P. Krijnen
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS920307:1
- Vakgebied(en)
Sociale zekerheid kinderen en jongeren / Algemeen
Bestuursrecht algemeen / Algemeen
Bestuursrecht algemeen / Algemene beginselen van behoorlijk bestuur
Bestuursrecht algemeen / Besluit (algemeen)
- Brondocumenten
ECLI:NL:CRVB:2015:1, Uitspraak, Centrale Raad van Beroep, 14‑01‑2015
- Wetingang
Art. 4:6 Awb
Essentie
Herzieningsverzoek Wajong-uitkering voor de toekomst. Niet kan worden volstaan met de beantwoording van de vraag of appellant (tijdig) nieuw gebleken feiten of veranderde omstandigheden in de zin van art. 4:6 Awb heeft vermeld. Het bestreden besluit is niet voldoende zorgvuldig voorbereid en evenmin toereikend gemotiveerd. De Raad draagt het Uwv op om de gebreken in het bestreden besluit te herstellen.
Samenvatting
Anders dan in het verleden werd aangenomen wordt aanleiding gevonden om de rechtspraak over doorlopende periodieke aanspraken (vaak ook aangeduid als duuraanspraken) ook van toepassing te achten op geschillen over arbeids(on)geschiktheid waarin door een afwijzende ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.