NJ 2018/132
Profijtontneming; bij de berekening in aanmerking genomen omstandigheid was geen ontoelaatbare verrassingsbeslissing.
HR 26-09-2017, ECLI:NL:HR:2017:2475, m.nt. F. Vellinga-Schootstra
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
26 september 2017
- Magistraten
Mrs. W.A.M. van Schendel, V. van den Brink, A.L.J. van Strien
- Zaaknummer
16/03626 P
- Conclusie
A-G mr. F.W. Bleichrodt
- Noot
F. Vellinga-Schootstra
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS124484:1
- Vakgebied(en)
Strafprocesrecht / Bijzondere onderwerpen
Materieel strafrecht / Sancties
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2017:2475, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 26‑09‑2017
ECLI:NL:PHR:2017:949, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 27‑06‑2017
Beroepschrift, Hoge Raad, 20‑09‑2016
- Wetingang
Essentie
Profijtontneming; bij de berekening in aanmerking genomen omstandigheid was geen ontoelaatbare verrassingsbeslissing. De in art. 6 EVRM belichaamde beginselen van een eerlijk proces kunnen meebrengen dat het de ontnemingsrechter pas vrijstaat bepaalde feiten en omstandigheden te betrekken in zijn beraadslaging over de ontnemingsvordering nadat hij de partijen in de gelegenheid heeft gesteld zich daarover uit te laten. Daarvan zal sprake zijn indien het gaat om feiten en omstandigheden die zodanig nieuw zijn dat partijen met het in aanmerking nemen daarvan geen rekening behoefden te houden en zulks een ontoelaatbare verrassingsbeslissing zou opleveren. De omstandigheid dat betrokkene ook ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.