WR 2022/109
Huurprijs woonruimte: prejudiciële vragen; toepassing WWS; WOZ-waarde op ingangsdatum huurovereenkomst niet bekend of geeft geen goed beeld van de waarde gehuurde; relevante waarde (vervolg op WR 2021/155)
HR 22-04-2022, ECLI:NL:HR:2022:633
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
22 april 2022
- Magistraten
Mrs. M.J. Kroeze, C.E. du Perron, C.H. Sieburgh, A.E.B. ter Heide, G.C. Makkink
- Zaaknummer
21/03214
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Civiel recht algemeen (V)
Burgerlijk procesrecht / Algemeen
Verbintenissenrecht (V)
Huurrecht / Huurprijzen
Huurrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2022:633, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 22‑04‑2022
ECLI:NL:PHR:2022:127, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 02‑02‑2022
- Wetingang
Art. 7:249, 7:262 BW; art. 10, 11 UHW; art. 5 BHW; Bijlage I onder A onder 9 BHW
Essentie
Huurprijs woonruimte: prejudiciële vragen; toepassing WWS; WOZ-waarde op ingangsdatum huurovereenkomst niet bekend of geeft geen goed beeld van de waarde gehuurde; relevante waarde (vervolg op WR 2021/155)
Samenvatting
De WOZ-waarde is onderdeel van het waarderingsstelsel voor zelfstandige woningen. Daarmee is beoogd een koppeling aan te brengen tussen de huurprijs en de kwaliteit en marktwaarde van de huurwoning. In gevallen waarin de WOZ-waarde van het gehuurde op de ingangsdatum van de huurovereenkomst niet bekend is of geen goed beeld geeft van de waarde van het gehuurde, is de minimum WOZ-waarde in beginsel niet geschikt als onderdeel ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.