Einde inhoudsopgave
Landsverordening belastingfaciliteiten investeringen [Curaçao]
Artikel 12
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2017
- Bronpublicatie:
20-12-2016, Publicatieblad van Curaçao 2016, 77 (uitgifte: 27-12-2016, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
01-01-2017
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
20-12-2016, Publicatieblad van Curaçao 2016, 77 (uitgifte: 27-12-2016, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Belastingen overzeese Koninkrijksdelen / Curaçao
1.
Intrekking van de beschikking toepassing belastingfaciliteit investeringen geschiedt door de Directeur bij een voor bezwaar vatbare beschikking. Een afschrift van deze beschikking wordt mede gestuurd naar de Inspecteur en de Inspecteur der Invoerrechten en Accijnzen.
2.
Een beschikking als bedoeld in het eerste lid, wordt gegeven indien:
- a.
blijkt dat door of namens het bedrijf onjuiste gegevens zijn verstrekt, op basis waarvan de beschikking toepassing belastingfaciliteit investeringen is afgegeven;
- b.
door of namens het bedrijf is gehandeld in strijd met de bepalingen van de bij of krachtens deze landsverordening vastgestelde bepalingen.
3.
Indien een beschikking als bedoeld in het eerste lid, is afgegeven op grond van het bepaalde in het tweede lid, onderdeel a, komen vrijstellingen die op basis van deze landsverordening aan de belastingplichtige zijn verleend te vervallen met terugwerkende kracht tot de datum van afgifte van de beschikking toepassing belastingfaciliteit investeringen.
4.
Indien een beschikking als bedoeld in het eerste lid is afgegeven op grond van het bepaalde in het tweede lid, onderdeel b, worden aan de belastingplichtige geen vrijstellingen meer verleend met ingang van de datum van die beschikking. De vrijstellingen die op basis van deze landsverordening aan de belastingplichtige zijn verleend, kunnen met terugwerkende kracht komen te vervallen uiterlijk tot en met de datum van afgifte van de beschikking toepassing belastingfaciliteit investeringen.