Einde inhoudsopgave
Uitvoeringsbesluit WVO 2020
Artikel 3.35 Uitslag eindexamen vmbo
Geldend
Geldend vanaf 01-08-2024
- Bronpublicatie:
21-05-2024, Stb. 2024, 137 (uitgifte: 28-05-2024, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
01-08-2024
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
28-06-2024, Stb. 2024, 209 (uitgifte: 10-07-2024, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Onderwijsrecht / Voortgezet onderwijs
1.
De examenkandidaat die het eindexamen vmbo in een leerweg heeft afgelegd, is geslaagd indien:
- a.
het rekenkundig gemiddelde van zijn bij het centraal examen behaalde cijfers ten minste 5,5 is;
- b.
hij voor het vak Nederlandse taal als eindcijfer 5 of hoger heeft behaald;
- c.
hij onverminderd onderdeel b:
- 1°
voor een van zijn vakken waarvoor een eindcijfer is vastgesteld, als eindcijfer 5 of hoger en voor de overige vakken waarvoor een eindcijfer is vastgesteld, als eindcijfer 6 of hoger heeft behaald;
- 2°
voor een van zijn vakken waarvoor een eindcijfer is vastgesteld, als eindcijfer 4 en voor de overige vakken waarvoor een eindcijfer is vastgesteld, als eindcijfer 6 of hoger waarvan ten minste een 7 of hoger heeft behaald; of
- 3°
voor twee van zijn vakken waarvoor een eindcijfer is vastgesteld, als eindcijfer 5 heeft behaald en voor de overige vakken waarvoor een eindcijfer is vastgesteld, als eindcijfer 6 of hoger waarvan ten minste een 7 of hoger heeft behaald;
- d.
hij voor geen van de onderdelen, genoemd in het derde of vierde lid, lager dan het eindcijfer 4 heeft behaald;
- e.
hij voor de vakken lichamelijke opvoeding en kunstvakken inclusief culturele en kunstzinnige vorming de kwalificatie ‘voldoende’ of ‘goed’ heeft behaald; en
- f.
als het gaat om een eindexamen vmbo gemengde of theoretische leerweg: hij voor het profielwerkstuk de kwalificatie ‘voldoende’ of ‘goed’ heeft behaald.
2.
Bij de uitslagbepaling volgens het eerste lid, onderdeel c, wordt bij het eindexamen vmbo theoretische leerweg het eindcijfer van een profielvak of beroepsgericht keuzevak behorende tot het eindexamen vmbo gemengde leerweg bij de uitslagbepaling betrokken als deze vakken samen ten minste een volledig beroepsgericht programma als bedoeld in artikel 3.7, eerste lid, onderdeel d, dan wel het praktijkgerichte programma, als bedoeld in artikel 3.7, lid 1a, vormen. In dat geval is het vierde lid van overeenkomstige toepassing.
3.
Bij de uitslagbepaling volgens het eerste lid, onderdeel c, wordt bij het eindexamen vmbo basisberoepsgerichte leerweg en kaderberoepsgerichte leerweg het gemiddelde van de eindcijfers van alle beroepsgerichte keuzevakken aangemerkt als het eindcijfer van een vak.
4.
Bij de uitslagbepaling volgens het eerste lid, onderdeel c, wordt bij het eindexamen vmbo gemengde leerweg het gemiddelde van de eindcijfers van het profielvak, dan wel het praktijkgerichte vak dat in de plaats van het profielvak is gekozen, en alle beroepsgerichte keuzevakken aangemerkt als het eindcijfer van een vak, met dien verstande dat het eindcijfer voor het profielvak, dan wel het praktijkgerichte vak daarbij net zo vaak meetelt als het aantal eindcijfers van beroepsgerichte keuzevakken dat in de berekening wordt betrokken.
5.
De rector of directeur bepaalt het eindcijfer, bedoeld in het derde en vierde lid, als het rekenkundig gemiddelde van de eindcijfers van de samenstellende onderdelen. Indien de uitkomst van deze berekening niet een geheel getal is, wordt dat getal indien het eerste cijfer achter de komma een 4 of lager is, naar beneden afgerond en indien dat cijfer een 5 of hoger is, naar boven afgerond.
6.
In afwijking van het eerste lid is de examenkandidaat die het eindexamen vmbo basisberoepsgerichte leerweg heeft afgelegd ter afsluiting van een leer-werktraject als bedoeld in artikel 2.103 van de wet geslaagd indien:
- a.
hij voor het vak Nederlandse taal als eindcijfer 6 of hoger heeft behaald;
- b.
hij voor het profielvak als eindcijfer 6 of hoger heeft behaald; en
- c.
hij als eindcijfer, bedoeld in het derde lid, 6 of hoger heeft behaald.
Indien de vakken waarin examen is afgelegd, samen het eindexamen vmbo basisberoepsgerichte leerweg vormen, zijn het eerste en derde lid van overeenkomstige toepassing.
7.
Zodra de eindcijfers en indien mogelijk de uitslag zijn vastgesteld, maakt de rector of directeur deze schriftelijk aan de examenkandidaat bekend, onder mededeling van het recht van herkansing, bedoeld in artikel 3.38. Indien de examenkandidaat geen herexamen doet is deze uitslag de definitieve uitslag.