De faillissementspauliana
Einde inhoudsopgave
De faillissementspauliana (O&R nr. 75) 2012/2.5.3.1:2.5.3.1 Inleiding
De faillissementspauliana (O&R nr. 75) 2012/2.5.3.1
2.5.3.1 Inleiding
Documentgegevens:
mr. R.J. van der Weijden, datum 26-10-2012
- Datum
26-10-2012
- Auteur
mr. R.J. van der Weijden
- JCDI
JCDI:ADS373560:1
- Vakgebied(en)
Insolventierecht / Faillissement
Toon alle voetnoten
Voetnoten
Voetnoten
Van der Feltz I, p. 434.
Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
Zoals hiervoor al kort is aangegeven, was een van de uitgangspunten bij de totstandkoming van de huidige regeling van de faillissementspauliana dat slechts onverplicht verrichte rechtshandelingen kunnen worden aangevochten. Hiermee wordt afgeweken van de oude regeling van de faillissementspauliana uit het Wetboek van Koophandel, waarin op een enkele uitzondering na geen onderscheid werd gemaakt tussen onverplicht en verplicht verrichte rechtshandelingen. Over deze oude benadering merkt de wetgever op:
"Toch ontbreekt aan deze doctrine eene rationele basis [cursivering: RJvdW] en is deze interpretatie der wet geheel in strijd niet alleen met het beginsel, waarop het laatste lid van art. 774 Wetboek van Koophandel berust, maar ook met de behoeften van het verkeer [cursivering: RJvdW]."1
In het hierna volgende wordt nader ingegaan op de argumenten genoemd in bovenstaande passage. Eerst wordt besproken waarom de mogelijkheid om verplicht verrichte rechtshandelingen te vernietigen volgens de wetgever een 'rationele basis' ontbeert (§ 5.3.2). Vervolgens wordt bezien welk belang het rechtsverkeer volgens de wetgever heeft bij de onaantastbaarheid van verplicht verrichte rechtshandelingen (§ 5.3.3). Ten slotte wordt de uitzondering op het gegeven uitgangspunt besproken: de vernietiging van verplicht verrichte rechtshandelingen (§ 5.3.4).