NJF 2020/220
Procesrecht. Niet-ontvankelijkheid derdenverzet tegen een door de Hoge Raad vernietigd arrest.
- Instantie
Hof Amsterdam
- Datum
21 april 2020
- Magistraten
Mrs. H.A. van den Berg, A.V.T. de Bie, C.M.J. Peters
- Zaaknummer
200.244.059/01
- Folio weergave
- JCDI
JCDI:ADS204669:1
- Vakgebied(en)
Burgerlijk procesrecht / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:GHAMS:2020:1282, Uitspraak, Hof Amsterdam, 21‑04‑2020
- Wetingang
Essentie
Procesrecht. Niet-ontvankelijkheid derdenverzet tegen een door de Hoge Raad vernietigd arrest.
Samenvatting
Moeder is een procedure tegen de Staat begonnen wegens onrechtmatige daad van het OM en de raad voor de kinderbescherming. Tegen het door het hof gewezen arrest komt de vader in derdenverzet en vordert hij ook verklaring dat de Staat jegens hem onrechtmatig heeft gehandeld door hem niet in de procedure te betrekken. Inmiddels is het arrest echter ook vernietigd door de Hoge Raad en is de zaak verwezen naar een ander hof. Door de vernietiging en verwijzing kan het hof geen verbetering meer aanbrengen in zijn ...